Terugkijken op de laatste 200 Myls met Paradiso
Impressie uit 2013 vanaf de Paradiso, van Wessel Agterhof. Meer videoclips ziet u op ons Video overzicht.
Impressie uit 2013 vanaf de Paradiso, van Wessel Agterhof. Meer videoclips ziet u op ons Video overzicht.
Op de prijsuitreiking kijken we altijd terug naar opzienbare zaken van de wedstrijd. Gelukkig hebben we dit jaar over het algemeen een uitmuntende, uitdagende race gehad, met prachtig weer en aangename temperaturen.
Vanwege de verwachting van weinig wind en verhinderingen verschenen er uiteindelijk weinig starters in Durgerdam. Er waren uiteindelijk 94 betaalde inschrijvers, 74 starters. Doordat er weinig uitvallers waren, hebben maar liefst 63 deelnemers de wedstrijd uitgezeild. Geduld werd beloond. Deelnemers die laat gestart zijn vanuit Durgerdam, of die bij weinig wind rust namen en alleen zeilden bij voldoende wind, werden beloond voor hun strategie. Banen 1 en 2 zijn over het algemeen populair vanwege de stroom die je mee krijgt, maar ze bleken dit jaar lang zo gunstig niet als eerdere jaren, omdat de windrichting leidde tot relatief veel kruisrakken.
Het was voor het eerst dat een stelletje deelnam met twee boten. Leuk detail is dat ze vervolgens achter elkaar in het klassement eindigden.
Mini’s zijn al veel vaker gestart in de 200 Myls ‘SOLO, maar het was dit jaar voor het eerst dat ze de wedstrijd hebben uitgezeild. Dat is een enorme presttaie, vanwege de lage rompsnelheid en het harde werk om steeds zoveel zeil te voeren. Eén van de Mini’s moest aanvullend ook steeds de kiel kantelen, de daggeboards gebruiken. Met Mini’s is het zwaar om je door de korte knobbelgolven van het IJsselmeer te vechten, net als enkele andere kleine schepen.
In de de logboeken en berichten van deelnemers vonden we de volgende leuke quotes:
Even een vraag van een Rookie:”Is nu de tijd van de boeg of hek langs de boei bepalend voor de tijd? Er kan namelijk 5 min tussen zitten.”
Er werd door een aantal deelnemers gesproken en geschreven over hun tracker en autopiloot alsof het dierbare bemanningsleden waren
Een deelnemer beschreef hoe één van zijn avonden vrolijk opgegesierd werd door een onbewuste striptease van een buurvrouw
“Baan vier echt voor solozeilers, je ziet geen hond”
“Een race van Les Sables-d’Olonne (FR) naar Spanje van 350 mijl en met 100 mini’s is een comfortabel tochtje vergeleken met de 200mijls!”
“In de 200 Myls moet je meer boeien ronden dan in de Ostar en de Round Britain bij elkaar!”
Verder schreven velen over vermoeidheid. Ook konden verschijnselen van vermoeidheid opgemerkt worden, omdat de laatste rusttijden vergeten werden in het logboek, de verkeerde getallen gebruikt werden in berekeningen, er rekenfouten in rusttijden zaten en dat boathandlingmanouevres de mist ingingen.
Kortom, het was wel weer een bijzondere 200 Myls ‘SOLO”!
Met een flinke groep deelnemers waren we bijeen gekomen om de uitstalgen, anekdotes en prijzen te bespreken
De volgende prijzen werd uitgereikt:
Prijswinnaars, gefeliciteerd!
Harmen de Jong – grootste zeilschade Sander Vogelenzang – Jan Luijendijk Trofee
Paul van den Ham, winnaar baan 4
Sander van Doorn, winnaar baan 2 Govert Ramselaar 3e plaats overall
Richard van Leeuwen, 2e plaats overall John van der Starre, weer de 1e plaats overall
Bart Desaunois, weer Line Honours Klaas Jan Kroon, snelste Dehler
Peter Knüppel, schonk en overhandigde de Dehlerprijs
Vanwege het overlijden tijdens de race van onze deelnemer Dancker Daamen, is de wedstrijd na anderhalve dag gestaakt. Er zijn daardoor geen uitslagen vastgesteld. Er is daarom ook geen prijsuitreiking geweest en is is daarom ook geen verslag.
Op woensdag 19 oktober was het dan zo ver, de prijsuitreiking van de 16e 200 Myls ‘SOLO’. Net als vorig jaar waren we nu ook weer te gast bij ZV Het Y in Durgerdam.Om half acht kwamen de eerste solozeilers, met of zonder partner, binnen en om acht uur waren er ongeveer vijftig man aanwezig. Terwijl de zeilers en hun aanhang van een kopje koffie en een plak cake konden genieten, begon het bestuur met de prijsuitreiking.De 16e 200 Myls ‘SOLO’ werd gekenmerkt door weinig tot geen wind en aangename temperaturen. Toch wisten 28 schipper reglementair te finishen. Complimenten voor hun doorzettingsvermogen! Hun geduld werd beloond: Omdat ze gefinisched waren kregen zij tijdens de prijsuitreiking het bekende en fel begeerde 200 Myls ‘SOLO’ gedenk plaatje.De bijzondere Jan Luyendijk trofee, die normaal wordt uitgereikt aan de deelnemer die een onderschijdende prestatie heeft neergezet, werd dit jaar niet uitgereikt. Indien mogelijk zouden alle 28 deelnemers die dit jaar reglementair zijn gefinsiched recht hebben op deze trofee. Dit, omdat ze het onmogelijke waar hebben gemaakt, ze hebben namelijk de 200 Myls ‘SOLO’ verzeild zonder wind!
De 3 prijswinnaars waren 3 J’s Dit niet te verwarren met de 2 J’s uit Volendam. Deze top 3 J ziet er als volgt uit (en we rekenen op sponsoring door J-Boats volgend jaar):
1. John vd Starre, met zijn J-111 genaamd J-Xcentric Ripper
2. Bart Desaunois met zijn J-133 genaamd Batfish
3. Sander van Doorn met zijn J-92 genaamd Stinkfoot
DeLline Honours ging dit jaar naar John van der Starre met zijn J-111 genaamd J-Xcentric Ripper
Per lengte werd er voor elke klasse ook nog een line honours beker uitgereikt deze top 5 ziet erg als volgt uit:
1. schepen groter dan 12 mtr, Bart Desaunois met zijn J-133 genaamd Batfish
2. schepen 10.5-12 mtr , John vd Starre met zijn J-111 genaamd J-Xcentric Ripper
3. schepen 9-10.5 mtr, Sander van Doorn met zijn J-92 genaamd Stinkfoot
4. schepen 7.5-9 mtr, geen schip gefinished
5. schepen kleiner dan 7.5 mtr, geen schip gefinished.
Een bijzondere extra prijs, beschikbaar gesteld door Hagoort Sails, werd uitgereikt aan Age van de Bles, omdat hij heeft doorgevaren tot het einde en daarmee met de langst reglementair verzeilde zeiltijd nog is gefinisht!. Age mag t.w.v. Euro 200,- gratis reparaties aan zijn zeilen laten uitvoeren bij Hagoort Sails.
Het bestuur en alle deelnemers bedanken onze sponsors; zonder hen zou de 200 Myls ‘SOLO’ niet gevaren kunnen worden.
Het bestuur wijst alle deelnemers er nogmaals op wijzen, dat er wordt gevaren volgens de regelgeving van ISAF off shore en dat elke schipper verantwoordelijk is dat zijn schip voldoet aan deze regelgeving. Deze regelgeving is er voor je eigen veiligheid. Hiermee minimaliseren we het risico ook ongelukken tijdens de 200 Myls ‘SOLO’.
Uit gegevens van logboek, tracker zijn de uitslagen berekend en gecorrigeerd voor fouten waar nodig. Daaruit is onderstaande uitslag samengesteld. De prijsuitreiking is inmiddels geweest, een verslag volgt.
De uitslag is geworden:
Bart Desaunois
weer een prachtige race. Van alles meegemaakt, leuke manier om je boot te leren kennen.
Tot volgend jaar.
Pim Schulp
Geen wind, vechten om bij de GVD3 te komen!
Lekker lopend windje naar WV12. Spi erop,, 5-6,5 kts. Op het laatst lekker hard, zo lang mogelijk spi erop. Om de boei overstag, aan de wind naar WP6. Wacht, er stond geen WV12 op de boei! Wat dan? Het staat aan de andere kant, terug dus. Opnieuw ronden (!), WV 6. Te ver gevaren! Ruime wind naar WV12, kruisen naar WP6. Kost een half uur! Toch de GPS even nakijken….
Jeroen Paardekooper
Doldrums tussen Lelystad en Amsterdam. Wie maar heel dicht tegen de kust aan voer, was spekkoper en bleef wind houden. De Tuimelaar en duidelijk verliezer zonde om de zeilen zo te zien hangen.
Als laatste nog met de stroom mee naar Kornwerd. Achter me hoor ik dat er afgewacht wordt in Oude Schild. Magic Woman vaart als gewoonlijk met spi (voor de wind, aan de wind maakt niet uit).
Sjouke Bus
Bij Lelystad ankergerei klaar, maar toch twijfel, twijfel en dorgevaren. Fout natuurlijk, windkracht nul en minder, dan maar ankeren. Bij de EZD wel gezellig we liggen met zijn vieren. Tevens een beetje dom foute knoppen ingedrukt. Complimenten voor de snelle reactie van de wal.
Gerben Bos
RETIRED!
Lekke saildrive.
Succes Mannen en geniet ervan.
KJ Kroon
Kom als eerste bij de S11 aan!! Innerlijke triomf. Voor T12 passeer ik Escxape. Na sluispassage Kornwerd door koers Medemblik samen met Bixmik.
Elly Kool
Jarenlang de enthousiaste verhalen over de 200myls aangehoord. Maar solo, is dat wat voor mij denk je dan.
Na een weekend zeilen met het gezin, kon ik ’s avonds beginnen aan mijn uitdaging. Sommigen zien het als een midlife-crisis, voor mij was die avond het begin van een superweek! Genieten van alles wat met varen te maken heeft. Het moment van die dag was voor mij in Enkhuizen het anker uitgooien en constateren dat de eerste 8 myl solo in mijn leven prima waren verlopen.
De ochtend om 12.00 uur door de sluis om wederom een belofte te breken: Ik ga toch de Noordzee op.
Als beginneling valt mij 1 ding op: Geen wedstrijd is zo sociaal als een solo-wedstrijd. Iedereen is behulpzaam. Iedereen weet waar de moeilijkheden zitten. Er wordt met elkaar gesproken, gegeten, gevaren. Sociaal gedrag. Deze race doe je met elkaar en niet tegen elkaar.
Frits A. Brattinga
De vijftiende 20 myls solo. Vanaf 2001 deed ik mee. Een race naar Jan zijn idee. Nu 10 jaar later is het nog even fijn om solo te zijn met wind en water.
Het zal wel aan mij liggen, maar het is weer mooi weer.
Hobbelende geit vlak voor het Molengat.
Bauke IJntema
Route 2 is een prachtige route (de mooiste) en er zit veel mogelijkheden in. Ik heb waar genoten! Bedankt!
Bauke en Catootje
John van de Starre
In gevecht met Richard van Leeuwen bij de boei. Ook Martin Selles nog op de foto gezet. Weer met Richard om de boei, klittenband?
Erik Opmeer
Puzzelen, puzzelen, …. Het blijft raaien of gokken. Eerst maar wat rust zodat Sport E OVD te bezeilen is. Voel me wel een beetje eenzaam er liggen drie Winners om me heen.
J.N. Pietersma
Het was weer een oefening in geduld. Dit jaar lukte het uitoefenen van geduld een heel stuk beter. Route 2 was weer prachtig en kwam heel mooi uit met getij en wind. Wel een beetje veel wind.
Peter van der Schaaf
Lig ik hier rustig voor bij de Sport E komt opeens de Koningin uit Alabama voorbij varen een anker achter haar aanslepend. Wel groot zo’n 44 voets boot.
Tracker deed moeilijk bij anker op gaan. Gelukkig zoemd en trilde hij weer als vanouds bij de boei.
Volgens mijn walkapitein moet ik als de donder naar het noorden. Oke, ik ga al.
Roemer de Vos
Tijdens het schutten in de sluis ben ik zo druk in gesprek met mijn buurman dat ik bijna aan de sluismuur blijf hangen. ARJEN BEDANKT!!!
Wederom een windstilte op de Noordzee. Om gek van te worden!!
Wel zwaar dit jaar. Jammer dat ankeren niet is gelukt, maar volgend jaar beter.
Nils Wassernaar
Vlieland was nat! Met harde regen richting haven. Volgende morgen tegen de stroom in naar de ZS5. Alsof een elastiek je terug trekt. Prachtige tocht naar Harlingen, daar gewacht op westenwind.
Na ankerpauze in Enkhuizen in 1x naar de finish. Net voordat wind wegviel gefinisht. Top race!
Verslag eerste stuk van Baan 1, Tuimelaar Start om 7.05.
Voor mij ligt de J109 Firestorm, vlak tegen de P9 ton. De schipper is niet aan het roer, maar zit te rommelen met z’n spinnaker, die hij kennelijk net op dat moment wil gaan hijsen. Hij zwabbert bb, sb, bb en op het moment dat ik hem voorbijloop valt hij plotseling hard af. Ik kan niet meer uitwijken en onze rompen toucheren elkaar. Mijn drijflicht blijft aan zijn reling haken. Het licht wordt van mijn reddingsboei gerukt en gaat overboord. In het water start het licht keurig: flits flits flits. We vloeken allebei beschaafd, ik denk over een protest, maar laat het zitten. Liever ga ik herstarten, zodat dit incident geen invloed heeft op mijn race, en ook in de hoop mijn drijflicht te kunnen oppikken. Maar mijn gemier met de pikhaak bij de startboei levert niets op. Het drijflicht drijft flitsend de vaargeul uit, waar ik het vanwege mijn diepgang niet meer kan terughalen. Het licht eindigt ongetwijfeld op de dijk voordat het nacht is. Om 7.15 start ik opnieuw. Die Firestorm zie ik inmiddels ver voor mij al gauw snelheid maken met zijn oranje spi, hoewel naar mijn idee de koers te hoog is voor een spi. Maar ik moet toegeven, hij loopt steeds verder op me uit.
Voorbij Marken krijg ik het moeilijk. De spi-’s worden links en rechts gehesen, maar mijn gennaker geeft geen resultaat op een voordewindse koers. Ik haal hem naar beneden en zet de fok bak op de spi-boom. Dat werkt beter, maar een groot lichtweerzeil is het natuurlijk niet. Ik zie tot mijn schrik en afschuw allerlei kleinere en oudere boten op mij inlopen en me ook voorbij lopen. Bah. Voor-de-windse koersen gaan mij niet de overwinning brengen. Als ik echt mee wil doen zal ik een spi moeten aanschaffen. Op het kruisrak van Hoorn naar Lelystad ben ik beter in mijn element, hoewel ik de eerste tien minuten nodig heb om de boot goed op hoogte en snelheid te kregen. Ik vaar in de valse wind van Lady-A, die opvallend hoog vaart. Ik probeer op te loeven om haar aan loef te passeren, maar de schipper loeft mij er al telefonerend uit. Toch ben ik haar nu zo dicht genaderd, dat ik vlak achter de spiegel af kan vallen en er nu onderlangs vlot voorbij vaar. Eindelijk begint Tuimelaar wat op haar concurrenten in te lopen. De wind is nu nog ZZO, maar voorspeld is eind van de ochtend ruimend naar Z. De lange slag wordt daardoor steeds gunstiger en ik besluit die zo lang mogelijk vol te houden. Iets voorbij de helft van de afstand naar Lemmer wordt de wind wat minder. Ik zie aan loef een streep in het water en begrijp dat daar meer wind is. Goed gegokt, na vijf minuten varen met 5 – 6 knopen wind, neemt deze opeens toe tot 12 knopen. Was het dan toch beter geweest om eerst de korte slag te maken? Had ik dan meer wind gepakt? Vol spanning wacht ik de ronding van OVD3 bij Lelystad af om te zien wie het beter en wie het slechter heeft gedaan. Een mijl voor OVD3 passeer ik Florijn. Ik ga op het voordek staan met de kijker. Gelukkig zie ik geen boten die OVD3 al hebben gerond en weinig die er eerder zullen zijn dan ik.
Het kruisrak heeft Tuimelaar goed gedaan. Ik rond OVD3 om 12.55 uur, net na Stinkfoot. Hier zal ook de keuze van de baan blijken. Alleen de zeilers van baan 1 varen terug naar Durgerdam. Waaronder Tuimelaar. Dit laatste rak is mooi bezeild, aan de wind. Tuimelaar snelt al gauw met zes knopen richting Durgerdam. Mooi glad water, lekker stabiel windje. De stuurautomaat doet het werk. Dus alle tijd voor een avocado-mozzarella salade met spicy Italian seasoning! Maar nee, te vroeg gejuichd. Na een uur valt de wind volkomen weg. Het hele veld ligt stil. De meeste jachten liggen achter me, maar hoe weinig wind er ook is, ze komen langzaam dichterbij. Florijn dobbert mij in de verte weer voorbij. Eén zeiler zoekt de kant op. Ik denk nog “wacht maar rustig af”, maar nee, hij heeft het goed gezien. Na een half uur komt juist daar een klein beetje wind. Hoewel hij niet vooruit schiet, loopt hij toch sneller dan de rest van het veld. Wie is die slimmerd met die zilveren zeilen? Ik ben te ver van de kant, lig volkomen stil, en zie niet hoe ik nog van koers kan veranderen. Zo dobber ik verder. Het schuim blijft naast de boot liggen. Het lijkt uitzichtloos. Gek genoeg zie ik heel in de verte bij Muiderzand de hoge windmolens volop draaien. Er moet toch wind in de lucht zitten. En weer blijkt de makker met de zilveren zeilen de betere zeiler. Ik zie in de verte zijn boot schuin trekken. En hij schiet weg langs de dijk. Voor mij duurt het zeker nog een half uur voordat ik weer vaart kan maken. Om 17.35 uur bereik ik Durgerdam.
Woensdagavond om half tien schoof Tuimelaar de box in Seaport IJmuiden binnen. Ik overwoog om met het eerstvolgende tij, om half drie ‘s-nachts verder te varen, maar dat zou te kort zijn voor mijn eerste reglementaire zes-uur-stop. Om kwart voor twee stond ik op om de wind te checken. Het woei iets harder dan ‘s-avonds, maar niet veel. Ik dook mijn slaapzak weer in.
Donderdagmiddag om kwart over één maakte ik tijdig los voor het volgende tij. Het plan was goed. Het plan was uitstekend. Ik zou buiten voor de pieren rondjes gaan varen totdat ik zeker was dat het tij mee liep en dan zou ik een mooie snelle start maken langs de Baloerean ton, nadat ik ruim voor de ton op koers was gaan liggen en de zeilen goed had gezet. En ik wilde geen moment van het tij missen, want het zou me toch niet gebeuren dat ik door zwakke wind te laat zou zijn om het Marsdiep binnen te komen. Zo gezegd zo gedaan. Toen ik zeker was dat de stroom mee liep ging ik anderhalve mijl voor de Baloerean ton op koers liggen richting Den Helder. Met alleen het grootzeil op hees ik de eindeloos lange slurf waarin zich de gennakker bevond. Ik trok de slurf open en liep gauw naar achteren om de gennaker met de schoot open te trekken. Te laat, de gennaker was zich al in ballonnetjes om het voorstag aan het wikkelen. Met grote moeite lukte het me om de gennaker weer in de spicon te trekken. De geleidelijn zat immers ook in het zeil gewikkeld. Tweede poging. Weer spurtte ik naar achteren om het zeil open te trekken. Maar weer was ik te laat. Ik liep naar voren, rukte en trok aan de lijken van het zeil, maar het schoot niet op.
Tegen de tijd dat ik Baloerean passeerde voer ik met de bekende dubbele zandloper om het voorstag. De spicon hing boven in de mast en was niet in beweging te krijgen. Gelukkig lukte het me om de 140m2 stof op het voordek te krijgen. Opnieuw: so much voor de gennaker. Tuimelaar moet het zonder lichtweerzeil doen. Het gaat mij zeker niet lukken om al dat zeildoek weer in dat condoom te proppen. Na mijn midlukte start duurde het nog een kwartier voordat ik gewoon met grootzeil en uitgeboomde fok op koers lag. Inmiddels zag ik op de AIS dat de Majic Potion als een malloot het strand op en af aan het zigzaggen was. De schipper had ik de vorige avond in de Zuidersluis gesproken. Hij was bijzonder enthousiast over de vele gennakers die hij aan boord had. Hij had ook talrijke tips voor de gadgets die ik nog zou kunnen aanschaffen voor mijn boot. Toen ik wat bedenkelijk keek zei hij: “Je moet wel, het is een primaire levensbehoefte.” Ook hij zag af van een nachtelijke herstart. Zo kon hij de nacht bij zijn vriendin doorbrengen. Kennelijk de secundaire levensbehoefte. Achter mij naderden met spinnaker de Swinde en de Addixion. Swinde liep mij al gauw voorbij. Addixion bleef een tijd gelijk met mij oplopen. Een grijze band van duct-tape op de romp fonkelde mij tegemoet. De tape dekte het gat af dat er de vorige dag door de Goudvis in was gevaren. Een Waarschip 1010 heeft een scherpe punt. Het bleef een lichtweer tocht, met hele stukken waar de snelheid niet boven de 1 à 2 knopen kwam. Vervelend gedobber en gekojang op de golven. GOD, I HATE SLOW RACING! Tijd genoeg voor een broodje Franse kaas. Weer een voordeel van solozeilen: je kunt tenminste een pakje camembert-au-lait-cru aan boord nemen zonder dat een bemanningslid zegt: “Papa, je moet je sokken wassen.”
Toen de wind wat begon te krimpen en de spinnakers op de andere boten niet meer werkten ging het wat beter met Tuimelaar. Ter hoogte van de Lange Jaap kwam ik vlak onder de kust. Ik kon de golven horen breken op het strand en een wandelaar horen fluiten naar zijn hond. Ik kwam zelfs angstig dicht bij de wal toen plotseling de wind weer wegviel. De boot liep nog maar een knoop. Voor mij en naast mij zag ik stroomflarden in het water. Ik zou zeker twee knopen stroom mee moeten hebben, maar als ik naar het strand keek leek het of de boot volkomen stil lag. Zou ik in een neertje terecht zijn gekomen, en langzaamaan weer worden teruggezet? Nee, de GPS bood uitkomst. Ik maakte nog een voortgang over de grond van 3,5 knoop. Voor me zag ik Swinde de hoek om gaan het Marsdiep in. Naast me rende een jogger. Eerst sneller dan ik, op het strand, later, op de dijk voorbij de Lange Jaap haalde ik hem weer in. Hij hield goed tempo. Het was een mooi gezicht, dat kleine regelmatig rennende figuurtje langs de hoge dijk, terwijl het al donker werd. Met een snelheid van 2 à 3 knopen plus twee knopen stroom rondde Tuimelaar vlot de S11 en korte tijd later de T5-MH2. Ik durfde het nog wel aan om het stukje naar Oudeschild over te steken, maar om met dit lichte windje te proberen om in Kornwerderzand te komen leek me een te groot risico. Dat ging ik niet halen binnen dit tij.
De vijf mijl naar de T12 was een prachtig stukje varen. Drie knopen door het water, vijf knopen over de grond. Het water was doodstil. Het was donker. De rode en groene tonnen schoven in stilte langs. Het water hoorde ik heel licht kabbelen langs de romp. In de verte, boven het IJsselmeer zag ik bliksemschichten oranje oplichten, maar hier was het rustig. Ik hoorde fladderende vleugels. Een vogeltje cirkelde een paar keer boven het achterdek, aarzelend of hij even zou komen uitrusten. Ton T12 lichtte rood op in de verte. Ik stuurde er schuin op aan, als een krab, om er niet door de stroom langs gezet te worden. Om 20.52 uur startte ik de motor en voer Oudeschild binnen, waar ik werd begroet door Gilles van Delft van Lightning. Tien minuten na mij meerde Addixion aan. Op vrijdagmorgen om 5.07 uur herstartte ik. Lightning volgde mij enige minuten later. Er was inmiddels een licht briesje opgestoken en op een voor Tuimelaar gunstige aan-de-windse koers vervolgde ik de route over het wad. Het was donker. Alleen de lichtjes van de tonnen in de verte waren te zien. Althans, van de verlichte tonnen, want er liggen ook veel onverlichte! Ik weet niet hoe vaak ik er rakelings langs ben gegaan. Met de lantaren kon ik ze in ieder geval niet aanlichten. Zonder GPS zou dit een hachelijke tocht zijn.En met GPS moet je er maar op vertrouwen dat alle tonnetjes op de juiste plaats in de electronische kaart staan. Om 7.02 rondde ik de laatste ton op het wad, kort daarna gevolgd door Bongo en Swinde, die in Den Helder hadden overnacht. En nog iets later volgde Lightning. In de Houtribsluis wist de schipper van Bongo mij te vertellen dat hij de slimmerd uit mijn eerste verslag was.
Vrijdag op het IJsselmeer, de derde dag van de race. De groenten zijn al twee dagen op. Een enkel bemanningslid begint tekenen van scheurbuik te vertonen. Maar we zijn op de helft. En na het mooie nachtelijke tochtje op het wad besluit ik om vandaag even flink door te zeilen en het hele stuk op het noordelijke IJsselmeer te varen. Waarom zou je dat doen? Je hebt toch nog twee dagen, vraag je je misschien af. Ja, maar in mijn ongebreideld optimisme en met veel zelfoverschatting heb ik moeders beloofd om zaterdag voor het donker thuis te zijn. Even doorzetten vandaag, dus. Na de Lorentzsluis (“Houtrib” schreef ik in mijn vorige verslag, maar het moest zijn: “Lorentz”) start Bongo direct door. Ik treuzel nog een kwartiertje en start dan ook. Prachtig zeilweer, stabiel windje. En langzaam maar zeker komt er ook een zonnetje bij. Met bijna 7 knopen kruis ik op naar Medemblik. Oplettende kaartlezers hebben natuurlijk wel eens het stippelrondje bij Medemblik in de kaart zien staan. 1,8 staat er bij. Dat zal dan wel de diepte zijn. Toch gek, zo midden in het IJsselmeer. Er zou een bergje keien liggen, heeft iemand me eens verteld. Maar misschien is het ook niet zo, vandaar de stippeltjes? En als het wel zo is, waarom baggert Rijkswaterstaat dat vlekje dan niet eens weg? Of ze kunnen er tenminste een boeitje boven leggen. Bij het naderen van de WP6 ton hield ik het cirkeltje goed in de gaten. Met mijn 2,50 diepgang was het toch iets om voor de zekerheid te vermijden. Ik stond te aarzelen met de schoot al in mijn hand, want ik naderde het vlekje in de electronische kaart, maar ik leek er toch vrij van te blijven. Toch maar overstag? Te laat! Kedengkedeng, kedengkedeng en nog eens kedengkedeng. Hoe mik je het zo uit? Voor de belangstellenden: de keitjes waar ik overheen ging liggen op 52 49 N, 005 10 O. De plek staat correct in de kaart. Ook in de electronische kaart, maar het probleem is dat het cirkeltje even klein blijft als je de schaal van de electronische kaart verandert. Dat verklaart waarom ik dacht er vrij van te blijven, terwijl ik er al boven zat.
Bij WP6 blijk ik Bongo er op het kruisrak flink uitgelopen te hebben. Ben ik de slimmerd toch sneller af. Maar ja, win the battle, not the war, weet ik ook wel, want hij verslaat me straks makkelijk op handicap. Op het volgende rak jaagt Bongo achter me aan. Met de spinnaker op loopt hij langzaam maar zeker op me in. Ik zie zijn schipper met de tanden in de schoten en de helmstok in de hand op de rand van zijn boot zitten. Ik heb het heel wat rustiger, zonder spi of gennaker. Ik bak maar eens een eitje en ga het in het zonnetje in de kuip zitten opeten. Tsja, als je wil winnen moet je fanatiek zijn, peins ik al knabbelend op een stukje uitgebakken spek. Onbedoeld raakte ik zo in een duel met Bongo. Nu eens lag ik voor, dan weer hij achter. Op de ruime-windse rakken liep hij op me in, maar op de aan-de-windse rakken liep ik weer uit. Ik werd er filosofisch van. Wie is nu eigenlijk wiens kwelgeest? Is het gras de kwelgeest van de maaier, door steeds weer te groeien, ondanks dat de maaier het afmaait? Of is de maaier de kwelgeest van het gras, omdat de maaier steeds weer langskomt met zijn zeis. Langzaam verstreek zo de middag voor Bongo en Tuimelaar, terwijl zij doelloos hun rondjes over het IJsselmeer draaiden.
Inmiddels werd het tijd om de gennaker situatie nog eens kritisch te bezien. De gennaker lag nu al bijna een etmaal als een natte stijf ingerolde worst van vijftien meter in de kajuit. Tijdens het volgende kruisrak probeerde ik de knoop te ontwarren. Tientallen vierkanten meters nat zeil draaide ik in de kajuit om zichzelf heen. Eén ding was mij duidelijk. Dat condoom moest er af en ik zou het er nooit meer instoppen. Dat is voor watertoeristen, niet voor 200-Mylsers. Na een half uur prutsen had ik het zeil los van de slurf netjes in de zeilzak zitten. Kleine tip voor de organisatie: ton WV5 bij Den Oever is geen handig routepunt.Om hem te bereiken moet een wat dieper stekend jacht de laatste twee mijl door de vaargeul, want daarbuiten is de diepte maar twee meter. Dat stuk vaargeul lag exact tegen de wind in. Op zich geen probleem, kruisen dan meer, deden we vroeger in Friesland ook met de zestienkwadraat. Maar in de smalle vaargeul is het toch wel lastig met een eenenveertigvoeter. Om de dertig seconden riep ik: “Klaar om te wenden – REE!” De donkere lucht aan het eind van de vaargeul begon mij op te vallen. Daar zou wel eens wat wind uit kunnen komen, dacht ik. Ik hoopte de laatste halve mijl onder vol tuig kruisend te kunnen afleggen en dan af te kunnen vallen voor het 21-mijls rak naar Urk. Maar er kwam opeens toch een poeier wind uit die wolk zetten! De windmeter liep op tot 32 knopen ware wind. En het probleem was dat ik geen ruimte had om te manoevreren. Razendsnel draaide ik de fok in tot de helft. Zo kon ik Tuimelaar laten bijliggen in het kanaal, maar ze zou zeker niet lang op haar plaats blijven liggen. Zo snel als ik toen het eerste rif in het grootzeil trok, heb ik het nog niet eerder gedaan. Tuimelaar kon weer zeilen. Met nog vier slagen door de vaargeul kon ik de WV5 ronden en de ton een bemoedigend klopje op de schouder geven, zo dicht ging ik er langs. In één schuimende beweging viel ik af en legde Tuimelaar op koers naar Urk. Oh nee! Ik moet nu natuurlijk ook in dat verdomde kanaal blijven. Nog net op tijd corrigeerde ik, maar ik had grote moeite om de tonnen te zien liggen door het overwaaiend water en de striemende regen. Het eerste rif was enigszins overtuigd, maar ja, zo kon ik wat tijd goed maken die ik had verloren door niet met spinnakers te zeilen. Die lichtweerzeilen allemaal begonnen me trouwens toch al flink de keel uit te hangen. Door het donker spoot Tuimelaar naar Urk. De snelheidsmeter liep regelmatig op tot boven de 11 knopen en een enkele keer boven de 13. Het rak van 21 mijl legde ik in twee uur en twintig minuten af. Om half tien meende ik in de kolkende zee nog een opkruisend jacht te ontwaren. Ongetwijfeld ook een wedstrijdzeiler.
Om tien voor half elf bereikte ik het eindpunt van de Noordelijke IJsselmeer baan, bij ton Sport D. Ook die ton lag wat ongelukkig, want tweehonderd meter er achter ligt de dijk naar Enkhuizen. Ik moest dus razendsnel gijpen, wat met de inmiddels iets (maar dan ook echt iets) verminderde wind redelijk verliep. De Houtribsluis en het gebied daarom heen is niet erg gastvrij. In het donker is de koers naar de sluis slecht aangegeven. De binnenrollende golven en de harde wind maakten het erg lastig om een aanlegplaats te vinden. Ik zag het eigenlijk niet zitten, zo alleen in het donker op voor mij onbekend terrein. Omdat ik nog mijn 6-uur ankerstop moest maken kon ik het nuttige met het onaangename combineren. Ik ging voor anker in het spuigebied ten westen van het sluizencomplex, na de sluiswachter gevraagd te hebben of dit was toegestaan. De golven uit het Noordelijk IJsselmeer rolden daar ongenadig naar binnen. Maar ik lag als een huis op mijn anker. De email-wisseling die ik een paar maanden eerder met Henk Bulthuis had schoot mij opeens te binnen. Krijg je compensatie voor je SW-cijfer als je vijftig meter ankerketting aan je anker hebt zitten, vroeg ik hem. Natuurlijk niet, schreef hij terug. Een wedstrijdboot gaat toch geen vijftig meter ankerketting aan boord leggen. Toch blij dat ik hem er niet af gehaald heb. Het was een onrustige nacht, maar ik sliep behoorlijk. Van de route van de 200-Myls heb ik er vandaag 100 afgelegd, 117 op de log.
Zaterdag was de laatste zeildag voor de Tuimelaar. Tuimelaar was als een huis achter haar anker blijven liggen, zodanig dat de electrische ankerlier het anker niet uit de modder kon trekken, zelfs niet toen de boeg er loodrecht boven hing. Uiteindelijk kon ik met de genuaschoot en de genualier het anker uit de modder zuigen. Het kwam omhoog in een klomp klei zo groot als de voet van een parasol. Nu hoefde Tuimelaar alleen nog het zuidelijke Markermeer rak te varen. 26 mijl, waarvan alleen de eerste tien een kruisrak waren. De resterende 16 mijl konden dankzij de straffe bries vlot worden afgelegd. Het was redelijk weer, zij het dat er in het Noorden de hele dag een grijze zuil boven ons hing, van waaruit regelmatig regen en windstoten stroomden.
Ik zag weinig 200 Myls Solo wimpels om mij heen, maar toen ik onder een helling van 35 graden eens naar mijn eigen wimpel keek zag ik dat die aan een zijden draadje hing. Ik zou toch niet mijn wimpel kwijtraken! Rampspoed! Gauw keek ik het wedstrijdregelement er op na. Ja hoor, regel 11, hier stond het: Hij die zijn wedstrijdwimpel strijkt wordt geacht zich te hebben teruggetrokken en wordt gestraft met verbeurdverklaring van het wedstrijidgeld. Dat zou me niet gebeuren! Met gevaar voor eigen leven klom ik tijdens hevige windstoten in het achterstag om de wimpel weer te bevestigen. Ziezo. Nu nog het Paard van Marken ronden en gefinished om 15.00 uur. Ik vond het een geweldig evenement en bedank graag de organisatie voor de perfecte organisatie. Dan nog een OPROEP: Mijn fleece maat XL is eigenlijk te groot. Als iemand een L heeft en liever een XL wil, dan kunnen we misschien ruilen. Stuur me dan even een mail: maartensnd@gmail.com
Na het vertrek vanuit den Helder om 0415 een heerlijke nachtelijke Texelstroom trip, lekker windje samen met Martin Selles, de Tuimelaar en Gilles van Delft de laatste twee overnachten in Oude Schild. Na de sluit waren verschillende mogelijkheden door naar Medemblik of voor anker ik koos het laatste. Martin ging door en stuurde mij een sms en feliciteerde mij met mijn beslissing om voor anker te gaan. De wind zakte na een uur of 9 helemaal in en dan de 15 mijl naar Medemblik. Lig nu lekker uit te rusten naast mij de Majic Potion heerlijk in het zonnetje. Om ca. 1530 ga ik vertrekken kijken hoe ver ik kom. Wind is er vanavond wordt gemeld. Op naar Durgerdam via Medemblik, Hindeloopen, Breezand, Stavoren en Den Oever ….. hoop op heerlijke rakken en niet te veel regen. Groet Gert Jan “Swinde”
Foto: De Jetstream die woensdagavond moest afhaken staat al op de wal voor reparatie aan de membraam van de saildrive en hoopt spoedig weer te varen.
Dinsdag 21 september 2010
Het kost mij ‘s-ochtends moeite om kantoor tijdig te verlaten.
De eerlijkheid gebiedt dat ik meld dat ik eigenlijk niet zo veel zin had in de Solo race als vorig jaar. Toen was het na twee afgelastingen eindelijk scheepsrecht.
Wellicht was het nu zo omdat ik best wel weer wat gezeild heb dit jaar, zoals, afgezien van diverse zeilweekends, de mooie gezinsvakantie rond de grote Waddeneilanden en vervolgens als opstapper op de Larrikin de 24 uurs race en de Challenge Cup. In de laatste race hebben we brons gehaald (ORC3).
Bij het palaver kwam mijn enthousiasme voor de 200 Myls Solo Race echter weer volledig terug.
Woensdag 22 september 2010
Vroeg opgestaan (5.30 uur), want ik wil, mede gezien de matige windverwachting, op tijd starten. Bij vertrek complimenteert mijn buurman – de schipper van de “Manana” – mij met mijn boot. Hij heeft al gauw gezien dat mijn boot is ingericht op solozeilen (keerfok, German sheeting, etcetera).Ik licht hem toe uit dat die inrichting met mijn gezinsssituatie – we hebben een matroosje van vijf jaar oud – heel praktisch is.
Om 7.34 uur start ik officieel bij P9. Door het (voorspelde) gebrek aan wind vervang ik de fok als snel voor de gennaker. Dat gaat aardig tot Sport E (11.14 uur). Het is overigens prachtig om zoveel solozeilers aan het werk te zien met de hun al dan niet symmetrische spinnakers.
Tussen de MN 1 – GZ 2 en Sport E wordt ik ingehaald door de Muckle Flugga. De schipper – Vincent Hesselink – tipt mij om mijn giekneerhouder iets lager te zetten. Dat scheel weer 0,1 knoop.
Na Sport E wordt het aan de wind, die er nauwelijks is, dobberen naar Lelystad. Om 15.11 uur – bijna vier uur over een afstand van 10,6 NM – rond ik OVD3. Vervolgens maak de boot op voor de sluispassage.
Na de sluis raak ik in gesprek met Fred Avezaat van de Sundance Kid. Hij vaart zijn tiende 200Myls; ik pas mijn tweede na de afgelastingen in 2007 en 2008. We gaan allebei de nieuwe baan 4 varen. Hij loopt na de UK14 Urk binnen. Ik zie af van een bezoek aan dat dorp en ga voor Urk voor anker.
Donderdag 23 september 2010
Vanochtend ben ik om 7.49 uur gestart bij de UK14. Ik start iets voor de ‘Dondersteen’ van Eric ten Bos. Hij hijst zijn spinnaker en loopt mij vervolgens voorbij. In het voorbijgaan maken we een praatje.
Tot de NM1 blijft het voor de wind tobben voor mij. Ik vind het eigenlijk een rotkoers, zeker met weinig wind.
Het rak naar de LC11 gaat een stuk sneller.
Daarna weer voor de wind tot de VF B.
Het rak naar de H2-W1 is wat minder ruim bezeild. Bovendien neemt de wind iets toe, totdat ik bij de H2-W1 aankom.
Voor de wind dobber ik vervolgens naar de VF 8 bij Makkum.
Parallel aan de Afsluitdijk is de wind gelukkig een stuk minder ruim en ook iets toegenomen. De boot loopt heerlijk langs Sport B en Sport A.
Het laatste rak naar de WP6 is net niet bezeild, zoals blijkt in het zicht van de boei. Na het ronden daarvan houd ik het voor gezien en loop Medemblik binnen. De keuken van de Chinees, waar ik met mijn gebruikelijke bemanning ook wel eens geweest ben, is gelukkig nog open.
Morgen wacht het tweede rondje IJsselmeer met vermoedelijk weinig wind.
Vrijdag 24 september 2010
Vandaag start ik om 8.45 uur. Net voordat ik start bij WP 6 rond de ChillOut deze boei en verdwijnt gelukkig niet al te gauw uit beeld.
Tot de KH, via de KG, loopt het lekker. Er staat een aangenaam windje, het zonnetje schijnt en de wolkjes zijn (nog) niet dreigend. De Centrale Meldpost geeft echter opeens een windwaarschuwing van het KNMI door voor het IJsselmeer en Markermeer; kracht 6. Er wordt geen verwacht tijdstip of dagdeel gemeld.
Het rak naar Sport D is een kruisrak. De wind zakt wat in.
Op het lange rak naar SB C dat net bezeild is, laat de wind het nog steeds een beetje afweten. Gelukkig wordt de eentonigheid van dit rak gebroken door een telefoontje van een goede vriend. We bespreken onder andere het Z…leven-gevoel dat ik momenteel ervaar.
Vervolgens wacht het ongeveer even lange rak naar de KR A. De inzakkende wind is verder naar het noordwesten geruimd dus wordt het weer kruisen.
De dreigende verveling verdwijnt wanneer ik gebeld wordt door het thuisfront. Ik meld dat ik er van afzie om vanavond nog Sport A te ronden en vervolgens af te zakken naar Lelystad. Beter lijkt het om Medemblik nog maar eens aan te doen.
Dat laatste doe ik, maar met pijn en moeite. In het zicht van de KR A verdubbelt de windkracht in zeer korte tijd van 3 naar 6 à 7, schat ik zo. Mijn windmeter is er al op de eerste dag mee gestopt.
Eric ten Bosch, die op dat moment nabij Sport A vaart, vertelt later dat hij 36 knopen wind heeft gemeten; windkracht 8,5!
Ik houd de boot met moeite onder controle, mis de KR A en meld nadat ik de boot heb vastgelegd in Medemblik telefonisch aan de wedstrijdleider dat ik uit de race ben. Later hoorde ik van Joost van de Velde dat het op dat moment in Durgerdam windstil was.
Zaterdag 25 september 2010
Ik sta iets later op dan gebruikelijk in de race. Ik race immers niet meer en vaar via het naviduct naar mijn thuishaven Monnickendam. Daar aangekomen ruim ik de boot op. Vervolgens pak ik de auto in en rijd naar Durgerdam. Bij de wedstrijdleider lever ik de transponder in. Het logboek behoud ik.
We drinken koffie en praten gezellig bij met twee andere deelnemers. Al met al was het toch weer een prachtige tocht.
Veel dank aan allen die dit superevenement mogelijk maken!
Meer foto’s van Ed Beijnsdorp in het fotoalbum
VERSLAG 200 Myls ‘SOLO’ VAN DE BLAUWE KWAST
Zondagochtend 9.45 gewekt door de kerkklokken van de protestantse gemeente verderop in Amersfoort. Volgens mij is het rustig na alle wind van zaterdag. Vannacht goed geslapen. Niet eenmaal de neiging gehad om even naar buiten te vliegen om te bezien of we niet met iets op ramkoers liggen. Met stijve spieren, onder andere van het zeker 1000 maal dat trapje op en neer, en de dag van gister. De laatste 30 mijl van Lelystad naar Durgerdam. Aan de wind naar Hoorn hield de stuurautomaat zich kranig. Een rif in het grootzeil en het fokje mooi vlak getrimd liep het best. Al valt me altijd weer op wat een kuilen toch in dat IJsselmeer zitten bij Lelystad. Zeker als je eerst een stuurboord slag maakt naar het Noorden. Bij Hoorn het rif er uit vlak voor de bovenboei. Dat bleek in de buien te veel gevraagd voor de 2e stuur. Met 28 KNP en vol tuig loop je dan toch uit het roer. Dan maar op het handje met vol vermogen naar de streep. Wel met enige bezorgdheid aangaande de neerhouder die net voor uitvaren vanochtend met een droge knal afbrak. We doen het nu dus met een provisorisch snaarstrakstaand noodverband.
Hoe anders was het vrijdag. Alweer een dag van duister tot vrijwel duister zeilen. Van volkomen rust, hangend achter de SPI van Medemblik naar Makkum, tot de donder en geweld omschreven in het verslag van de Tuimelaar. Blij dat ik toen al in Lelystad lag. Aangemeerd rond 20.00. Net voor het geweld losbarste kwam Pieter van Bekkum met de Bixmile langszij aan de meldsteiger van Deko. Net samen op weg naar het havencafeetje voor een glas en een biefstuk, komt Ronald Lettemeijer met de Moshulu binnen terwijl de duistere donderwolken alle regen laten vallen die er in zit. Ronald krijgt met wat moeite en waarschijnlijk wat natte handen, zijn X aan de lage langssteiger. Al afhoudend zijn we inmiddels tot de draad toe nat geregend. Net voor de keuken sloot om 21.30 de biefstuk gescoord.
Donderdagnacht anker op bij de EZ D. In het duister ruime wind naar Den Oever. Volle maan en een betoverend water. Net voorbij Enkhuizen word ik in het donker opgelopen door, ik dacht, de Batfish van Bart, een J133. Ruim onder vol tuig, met oranje Genaker stuift hij me in het donker voorbij. Onderwijl als heer zich verontschuldigend met een zonder twijfel welgemeend; “sorry” verdwijnt hij weer in de nacht zo zwart als Erebus. Bij Den Oever brak weer een ochtend aan, zoals er altijd weer een ochtend aan breekt. Vroeg in de ochtend buiten zijn is als het lezen van de eerste bladzijde van een boek, het bepalen van de kwaliteit van de komende uren. Soms accuraat, vaak bedrieglijk en altijd opwindend. Weer een dag van ogenschijnlijk zinloos rondjes varen over het meer. Enkhuizen ben ik wel 7 maal gepasseerd en iedere minuut was mooi.
Het was een genoegen om deel te mogen uitmaken van dit gezelschap eenlingen. Van mensen die alleen maar over Genakers en Marlow praten tot lieden die slechts even afstand willen nemen van hun dagelijkse beslommeringen. Bij de start bleek dan ook dat ik me per ongeluk bevond in de groep nummer 1, die om welke reden dan ook in de eerste minuut vol gas over de lijn wilden, terwijl er nog zoveel tijd te genieten viel. Niet erg natuurlijk. het ligt tenslotte in de aard van dergelijke evenementen dat behoedzaamheid al ras verloren raakt door enthousiasme.
Organisatie bedankt. Ik hoop dat velen zo hebben genoten van deze paar dagen als ik. En dat al jullie inspanning om dit mogelijk te maken heeft geleid tot wat je er van verwachtte.
Ron van Olst, Schipper van de Blauwe Kwast.
Eigenlijk leef ik er al het hele jaar naar toe , die 200 Myls ‘SOLO’. We draaien met onze boot verder natuurlijk een prachtig wedstrijdprogramma gedurende het gehele jaar met de crew, maar die 200 Myls ‘SOLO’ blijft voor mij toch heel speciaal, zo bleek ook zeker weer dit jaar!
De weken voor de wedstrijd had ik een vakantie geboekt naar Griekenland dus de boot voorbereiden moest al meteen na het NK Zeezeilen in Breskens , rolkfok erop , vlot aan boord, alle zeilen aan boord, voer mee etc. Tijdens de vakantie kon ik mooi in alle rust de banen doorlopen en de getijden bestuderen onder een grieks zonnetje. Toen dacht ik al ,die baan 2 ,die bied kansen bij de juiste windrichting. Bij een noordelijke wind heb je namelijk geen rakken meer op het IJsselmeer met tegenwind in tegenstelling tot baan 1.
Dinsdag voor de race de boot van Scheveningen naar Durgerdam gevaren onder zeer lichte omstandigheden ,toen niet wetende dat de terugtocht zaterdag naar Scheveningen iets anders zou verlopen..
De haven van Durgerdam was dinsdagmiddag beregezellig, allemaal weer oude bekenden, blijft toch ook qua gezelligheid een topevenement. Samen met mijn walcoach Fred ( ja, die) nog even het laatste weer doorgenomen en besloten woensdag niet te vroeg te starten om de winddraaiing van ZO naar Z mee te pakken in het rak van Hoorn naar Lelystad. Woensdag wel vroeg op omdat Gerben Bos en Martin Hingst erg onrustig waren en denk ik wel vroeg wilden starten. Martin had echter nog een probleem: John, heb je een pen voor me, dan kan ik m’n logboek invullen. Tja , de gewichtsbesparing op zo’n planerende Ten eist z’n tol.
Woensdag om 8.00 gestart, de wind leek wat af te nemen dus besloot ik niet te lang te wachten en om 08.00 maar te gaan . Ik zag Gerben en Martin en Bart om 07.00 vertrekken, ik dacht al, die gaan voor line-honeurs . Evenals vorig jaar kwam ik na de start weer in de buurt van Richard van Leeuwen met zijn J-105, hij gaat altijd onwijs snel downwind, ik heb hem in het rak naar Hoorn ook maar gewoon over me heen laten lopen zonder een oneindig loefduel aan te gaan, hij vaart op zo’n rak toch sneller. Ook Martin Selles kwam ik hier weer achterop, 3 jaar geleden zaten we ook al in duel bij de Sport E. Beetje een de-ja vu dus. Na Hoorn bleek het rak naar Lelystad toch nog een kruisrak te zijn, dus toch iets te vroeg gestart? Achteraf bleek gelukkig dat de later gestarten veel minder wind hadden en veel tijd verloren. Na de sport E meteen overstag en de stuurboord slag gemaakt, inspelend op de voorspelde winddraaiing van ZO naar Z. Klopte als een bus, na 2 mijl overstag en in de bakboordslag kon ik steeds hoger en hoger zodat ik een mooie binnenbocht draaide op wat concurrenten. Bij de boei zag ik de Tuimelaar en de Stinkfoot weer achter me welke veel vroeger gestart waren. De wind werd wel steeds minder dus besloten in Lelystad te stoppen, voor anker te gaan en eens rustig de laatste weerberichten met de walcoach door te nemen en de uiteindelijke baankeuze te maken, 1 of 2. Gezien de blijvende voorspelling dat vrijdag een heftig windje uit de noord zou opsteken besloten voor baan 2, ook omdat het rak van IJmuiden naar Den Helder in baan 1 dead downwind zou worden, niet ideaal. Na deze keuze even puzzelen om zo gunstig mogelijk naar Den Oever te komen. Woensdag op donderdag nacht gaf weer wat wind dus dan moest het gebeuren , nu maar even lekker pitten achter het anker. Lig ik net onder zeil, hoor ik een boot vlak naast me keihard vooruit en achteruit motoren. Ik kijk met mijn slaperige hoofd boven mijn luik en zie een gammele motorkruiser met een beetje shabby gezelschap aan dek. Vragen ze in het Duits: Wissen Sie die weg naar Muiden?? Ik zeg, hoe wil je met de auto? Nein, mit Boot was het antwoord. Bleek dat ze dit “ jacht” in Volendam gehuurd hadden, geen kaarten aan boord hadden en naar Muiden wilden varen ,“Ome Ko sehr nett” , zeiden ze nog. Vervolgens waren ze blijkbaar iets van koers geraakt en in Lelystad terecht gekomen. Welke Richtung jetzt? Ik heb ze toen maar mijn oude IJsselmeerkaart van 2009 gegeven anders waren ze vast in Hindeloopen geëindigd. Vervolgens voeren ze vol gas en vrolijk zwaaiend en roepend “Danke ,danke “ in de verkeerde richting weg..
Om 01.31 donderdagochtend was er weer genoeg wind om verder te gaan. Af en toe zie je wel een medestrijder over het IJsselmeer scheren, maar wie, is niet te zien. Achteraf blijkt uit het verslag van Ron van Olst, dat hij het was die ik in de nacht met gennaker voorbij gekomen ben. Om 7.01 in Den Oever bij de WV6 afgeklokt, na gelukkig nog zo wakker te zijn om het bankje wat precies op de rumb- line ligt te ontwijken. Na afklokken bij de WV6 wil ik meteen de gennaker strijken om niet op de ondiepte te lopen. Zul je net zien, wil hij niet naar beneden. Blijkt het val nog in de curryklem op de mast te zitten, even dikke stress, maar net op tijd alles weer geklaard.
Direct geschut en na de sluis even rust nemen en wachten op het tij naar Vlieland. Ook o.a.Peter vd Schaaf met de MyMarine , Sander van Doorn met de Stinkfoot en Wim van Slooten met zusterschip J-109 Firestorm arriveren. Tussen twaalf en één vertrekt de gehele armada op het tij naar het Marsdiep . Dan krijgen we de eerste bui al over ons heen met een 25 kts wind. Ook het traject over de Noordzee naar Vlieland is top, een mooie 20 kts wind, mooi gennakeren met leuke golven. Net voor de EG loop ik Frits Brattinga in. Frits, ik hoop dat de foto’s mooi geworden zijn. Mijn planning is in Vlieland te wachten op de voorspelde noorden wind vrijdagavond dus besluit ik al bij de ZS 5 te stoppen, zodat ik morgen overdag na mijn 2e rustperiode nog het rakje van de ZS 5 naar de VL 1 kan varen en weer een rustperiode kan nemen en niet over mijn 24 uur rust heenga . s’Avonds heerlijk met z’n allen op de haven gegeten. Firestorm komt nog binnen met de gennaker helemaal om z’n voorstag gewikkeld, ik hoor van de anderen dat dit al aan het begin gebeurde en dat Wim tot aan de VL 1 met deze megavlag doorgevaren is , met wat hulp wordt hij weer ontward.
Vrijdagochtend probeer ik om 07.00 bij de ZS 5 te zijn om het tij optimaal te benutten naar de VL 1, nu een stukje van minder dan 30 minuten. Weer terug naar de haven waar alleen Sander van Doorn met de Stinkfoot ook terugkomt, de rest vaart meteen door naar Harlingen. Nu wachten op de voorspelde wind. Voorspelling is dat om 18.00 de ventilator aan gaat, en jawel hoor, je kan de klok er op gelijk zetten. Om 18.30 haven uitgevaren op weg naar de VL 1. Een tegenstroom buiten de haven niet normaal, grootzeil al op gezet , 1.8 kts over de grond. Ik ben blij dat ik de VL1 zo haal. Op het moment dat ik stroom meekrijg en ruime wind kan varen loopt de snelheid zo op naar 12-13 kts over de grond, dat schiet op! In 1h 20 in Harlingen en daarna de “boontjes”. Geultje van 30 meter breed, vol grootzeil en genua 3 , dikke wind, 12 kts speed, stikdonker ,af en toe ook nog een bruine vlooter tegen, niet echt relaxed varen dus. Ik haal daar nog een zwaar gereefde toerende Halberg Rassy in die echt kijken van “die gozer is gek”. In de sluis heb ik ze maar even uitgelegd dat ik een wedstrijd vaar en dat er nog veel meer gekken rondvaren.
Na Kornwerd meteen weer door pushen, nu is er wind! Nog steeds vol tuig , allemaal net te controleren, boot loopt als een speer. Bij de boeien gijp ik niet maar maak steeds als een oud wijf een stormrondje om alle risico te vermijden. Ik besef me dat gezien m’n prima uitgangspositie ik nu geen grote risico’s moet nemen en niet zoals vorig jaar weer ergens strand door pech of stommiteit. Sluis in Lelystad werkt vriendelijk mee en zet na aanroepen de sluis al voor me open. Ga ik nu door of wacht ik . Wind is wel iets gekrompen zodat het rak naar Hoorn wel iets in de wind is. De voorspellingen voor morgen zijn echter niet gunstiger dus gaan met die banaan , nog 25 mijl! Ondertussen wordt het weer licht en zie ik ook Bauke Yntema in de verte voor me kruisen, een mooi richtpunt. Na de Sport E haal ik hem in, hij weet altijd weer het uiterste uit die Catootje te persen. Bij Marken nog even een schrikmoment.
De bocht rond Paard van Marken iets te kort , bij het weghalen van de gennaker op het voordek voel ik de boot ineens vastlopen! Gelukkig is het slechts een bonk en blijf ik niet hangen. Had weer mooi geweest, ben je bijna bij de finish , loop je vast en kom je niet los. Weg wedstrijd. Ik zat later te denken wat dan te doen? Mijn plan: surfpak aan, anker aan wat zwemvesten en stootwillen drijfbaar houden, anker 40 meter uitzwemmen, droppen, val aan ankerlijn, lieren maar! Eerst helling en dan met extra lijn aan ankerlijn boot lostrekken. Gekkenwerk? Wie het weet mag het zeggen. Gelukkig heb ik het niet hoeven uitvoeren en kon ik om 10.41 finishen bij de P9. Wat een toprace, ieder jaar zeg ik weer, de mooiste race van het jaar!
En toen nog het toetje.
Na wat uren geslapen te hebben, besloot ik de boot meteen maar terug te varen naar Scheveningen. Tij was vanaf 22.00 zuidgaand dus dit kwam niet slecht uit. Wel zag ik op www.actuelewaterdata.nl dat er forse zeegang stond. Ik nam mezelf voor bij IJmuiden te kijken of het te doen was en zo niet de boot dan in IJmuiden te parkeren. Viel echter mee, wel hoge golven ongeveer 3 meter maar geen brekers , mooie lange deining. Stuk naar Scheveningen was echt een feest , surfend 11-14 kts, een mooie maan, af en toe een bui, goeie wind , top! De haven bij Scheveningen is bij hoge deining wel oppassen, soms willen ze daar in de monding wel eens breken. Ver op zee maar gijpen en mooi recht in de lichtenlijn de haven aanlopen. Dus 3 mijl uit de haven de gijp gemaakt en met de deining mee richting naar het groen en rood van de havenhoofden. Zo recht met de golven mee surfde hij zo naar de 16 kts, maar alles nog goed onder controle. Op zo n 200 meter van de haveningang voelde ik de achterkant van de boot ineens opgetild worden, ik kijk naar achteren en zie werkelijk een muur van water op me afkomen. Boot versneld, blijft versnellen, niet normaal, water spuit aan weerskanten van de boot meer dan een anderhalve meter boven het vrijboord uit, de golf slaat aan weerzijden van mij met waanzinnig kabaal op de havenhoofden maar breekt bij mij godzijdank niet. Met waanzinnige snelheid surf ik zo tussen de havenhoofden door naar binnen. Later in de haven check ik op m’n klokken de max. speed van die dag, nieuw record, voorlopig blijft dit voor mij wel even staan denk ik:
26.30 kts ! Pfffff wat een race John van der Starre.
Gert Jan Koele van de Swinde stuurde de volgende link van enkele video’s die hij van zijn westrijd op YouTube gezet heeft. Mooie beelden!
Michel Kapel maakte enkele mooie foto’s en video’s, te zien via de volgende link. De video waar de stroom gutsend langs de boei loopt laat zien dat Michel het tij mooi gundtig had gepakt!
Verslag AddiXion X-332 door Harry Peterse
Woensdag
Mijn eerste 200 Myls ‘SOLO’ wordt eindelijk een feit. Al een paar jaar wil ik aan deze wedstrijd meedoen, vooral omdat Peter van den Driessche roept dat het zo gezellig is en dat al die solozeilers elkaar ’s-avonds aan boord opzoeken voor een biertje of een wijntje. Dinsdagavond na het palaver klopte dat! Mijn whisky op, voorraad bier gehalveerd en dat was maar goed ook. De volgende ochtend hijsen Jan Smink, Peter en ik naast elkaar afgemeerd aan de kop van de haven de zeilen en gooien rond 07.15 uur los, ruim een half uur nadat de Vuurflits, mijn angstgegner met Joop ten Bokkel aan het roer uitvoer, waarbij hij ons een succesvolle tocht toewenste. Dat ging volgens mij wel lukken, met licht weer is AddiXion op zijn best.
Al voor de P9 staat Sneeuwwitje – de lichtweerspi- in een keer goed en begin ik met 8 knopen wind uit het zuidoosten aan een inhaalrace met de schepen voor mij. Ik loop uit op de Vagebond en de Nicky Deux maar wordt ingelopen door Martin Selles met zijn Bongo. Hij kijkt er een beetje nonchalant bij terwijl hij bovenlangs voorbijloopt. Als we voor het Paard van Marken wat dieper moeten varen haal ik hem weer in. Na het Paard kies ik er voor om af te kruisen en vaar na een vlekkeloos gijpje over stuurboord naar Volendam. Voor de NM1 loop ik een rood Waarschip 10.10 op, de Magic Woman die iets voor me blijft, twee scheepslengtes aan bakboord. Bij de boei moeten we gijpen waarbij hij de controle verliest en midscheeps bij me naar binnen vaart terwijl ik op het voordek met de spiboom bezig ben. Eenmaal weer op koers inspecteer ik de schade: krassen, een beschadigde voetrail en een gat van 25 bij 3 centimeter vlak onder de voetrail.
Tja, wat nu? Met licht weer lijkt het geen probleem maar met een beetje wind gaat AddiXion op z’n kant en het gaat vrijdag flink waaien. Ook kan het gevolgen hebben voor de te kiezen route. Wil je wel boven de eilanden langs met een lek schip? Vooralsnog plak ik het gat af met ducktape en besluit ik door te varen. Inmiddels heeft dat er wel toe geleid dat Magic Woman uitgelopen is en dat ik ben ingehaald door Bongo. Omdat de schipper van de Magic Woman nog geen contact heeft opgenomen bel ik hem zelf maar even op om gegevens uit te wisselen en te horen wat de oorzaak was. Een losgeschoten stuurautomaat en zo zag het er ook uit. Bij de Sport E blijf ik toch maar een beetje uit zijn buurt als de spi eraf gaat. Naar de OVD3 is een kruisrak en AddiXion loopt hoog en hard met haar nieuwe lichtweer genua. Ik weet goed te profiteren van windshifts en kruis de Vuurflits die flink eerder is gestart achterlangs.
Rond 13.00 uur passeer ik OVD3 en zet koers naar de P9 en besluit daarmee route 1 te varen in de wetenschap dat mijn vrienden Joop, Peter en Jan me zullen volgen. Met 6 knopen wind loopt het schip 5 knopen en dat is heel goed. Ik loop nog wat schepen in en kom vlak bij de Goudvis van Rob Vis, een Waarschip 10.10!!! Oranjerood!!! Ook loop ik in op wat later de Tuimelaar blijkt te zijn, een X41 OD van Maarten Sanders.
Dan gaat de telefoon. Het is Peter die stil ligt en vraagt of ik nog wind heb. We lopen lekker, ik heb niet veel wind nodig. Maar tijdens het gesprek zie ik de Goudvis naar lucht happen en vallen ook bij mij de zeilen slap. Peter, en Jan besluiten bij Lelystad voor anker te gaan en af te wachten, Joop lijkt het beter om door te varen op baan twee. Dat zijn dan je vrienden!! So far voor gezelligheid en met die windstilte worden de resultaten er ook niet beter op. Het plan was om uiterlijk om 20.00 uur in IJmuiden af te meren en rond 02.00 uur na 6 uur rust door te kachelen. Dat gaat nu echt niet lukken, het schiet niet op. Wat er nog aan wind is draait alle kanten op. Dat zie je niet op Windfinder. We drijven een beetje naar links, en een beetje naar rechts en plots ontsnapt er eentje langs de kust.
Pas om 17.45 passeer ik de P9 en zet koers naar de brug. Bijna 5 uur over 14.5 mijl!! Als ik een tij later vertrek kan ik AddiXion afmeren op haar vaste ligplaats bij de IJmond, de auto pakken en thuis uitslapen de volgende dag. Wordt het toch nog gezellig!
Donderdag
De volgende ochtend kijk ik op internet wie er op Seaport ligt en breng ik een bezoekje aan de Tuimelaar. We maken een praatje en Sander vertelt dat hij van plan is om ruim voor het tij te vertrekken. Op de terugweg koop ik nog een adapter voor de GPS unit , die zonder stroom stond.
Ik hoef pas rond 14.00 uur te starten. Het is springtij en als er een beetje wind staat knal ik in een keer door naar Kornwerd, dat lukt wel vaker in 8 uur.
Bij mij in de sluis ligt de Viento en nog een deelnemer. Ik ben op dat moment druk doende om Sneeuwwitje te verwisselen voor Eukalypta, haar zwaardere zuster, omdat ik toch wel een knoop of 15 wind verwacht.
Vlak na 14.00 uur passeer ik onder spi de Baloeran. Ook nu ging dat in een keer vlekkeloos. Ik hijs bij de mast en neem als ik naar achter loop meteen de loefschoot mee.
Voor mij in de verte een schip, achter mij 4 schepen waarvan 3 in eerste instantie zonder spi. De windkracht valt wat tegen en ik besluit wat af te kruisen naar de kust en blijf net oost van de 10 meter lijn. Hoe zat dat ook al weer met convergentie en divergentie??
Ook vandaag laat de wind het lelijk afweten. Ik loop wel het schip voor mij op dat de Tuimelaar blijkt te zijn die het zonder Spi moet stellen. Het tijvenster voor het Marsdiep/Texelstroom loopt tot 21.30 uur. Om 18.00 uur valt de wind volledig weg. Klapperende zeilen, slaande giek. Ik probeer van alles, hoger, lager, bulletalie, hopeloos.
Als de wind weer wat aantrekt besluit Tuimelaar, die inmiddels weer voor ligt, door te varen naar Oudeschild. Kornwerd zit er niet in vandaag. Op dat moment loopt de boot voor Den Helder halve wind ruim 6 knopen. Ook maar door dus. Dat blijkt een vergissing, de koers naar Oudeschild blijkt plat voor het lapje en dat is niet snel. We doen er met stroom mee anderhalf uur over! Bij het binnenvaren van de jachthaven in het donker lijkt het alsof ik in het slik zit en slaat de motor af. Starten, lopen, het zal wel. Rond 21.15 lig ik naast de Tuimelaar. Na een praatje gaat Sander onderdeks, vermoedelijk om een leuk stukje te schrijven. Dat gaat hem dan ook goed af. Die fles wijn komt zonder hem ook wel leeg.
Vrijdag
Tussen 06.00 en 08.00 uur is de stroom richting Kornwerd op zijn sterkst. Als ik om 06.00 uur vertrek moet het lukken om dan rond 09.30 uur te ankeren bij Makkum en vervolgens na 15.30 uur een mijl of 30 af te leggen tot Hindeloopen. In de middag draait de wind naar het noorden en dat komt dan heel gunstig uit.
Tuimelaar is dan al weg en uit zicht. Ook achter mij, uit Den Helder zie ik niets en niemand varen. Het wordt een prachtige ochtend alleen op het wad. Meer dan 8 knopen wind zit er niet in. Het laatste stuk van de Dove Balg zet ik de spi nog even bij, alle beetjes helpen. Keurig op schema loopt AddiXion om 08.15 langs de BO2-WG1 en vaart de sluiskom van Kornwerd binnen. Tijdens het wachten op de brug lig ik met de kont in de wind in werkstand achteruit. Op enig moment loopt de boot weer iets naar voren en ik geef wat gas bij. Er gebeurt niets! Tussen de pieren nadert een binnenvaartschip. Nog maar meer gas bij en weer niets. Dan maar in vooruit en draaien. Geen beweging behalve dan naar de beschoeiing. Het binnenvaartschip komt dichterbij. De keerkoppeling werkt wel, ik voel het schakelen dus het kan niet aan de kabels liggen.
De schroef??? Kan niet, kan niet! Het binnenvaartschip gaat nietsvermoedend bovenwinds vlak langs en ik krijg net op tijd een sleepje naar de remmingen. Daar komt de Majic Potion langszij, een J-105 met schipper Arjen van Zuydam die aanbiedt me door de sluis te slepen. Razendsnel bereiden we dat voor, want het is al groen/rood en de brug gaat zo draaien. Naast elkaar varen we door de brug. Bij de sluis blijkt het nog niet mee te vallen de breedte van de combinatie in te schatten. Zonder schade leggen we aan.
Wat nu? Is dit dan het einde van mijn 1e 200 mijls? Arjen is net als ik van plan om bij Makkum te ankeren. Ik neem contact op met de eerste de beste werf uit de almanak, Aquatel, die even later terugbelt dat ze een geschikte schroef hebben liggen. Ik kan echter niet voor de middag in de kraan. Dat betekent dat ik vandaag geen mijlen meer kan afleggen en morgen minstens 75 mijl voor de boeg heb met een knoop of 20 wind. Arjen levert me af bij Aquatel en gaat in het kommetje bij Makkum voor anker. Wachtend op de kraan heb ik alle tijd om het schip na te lopen, het lichtweerzeil te vervangen voor de High Aspect en na te denken over het vervolg van de tocht.
Het kan nog steeds als ik van 15.00 tot 21.00 in de kom bij Makkum anker heb ik geen last van de opstekende harde noordenwind en kan ik daarna in de haven van Makkum overnachten. Als ik dan om 06.00 uur de volgende dag vertrek ben ik voor donker in Lelystad en kan ik de laatste 27 mijl op zondagochtend afleggen. Dan maar geen zondagsrust!
Tijdens de lunch draait de wind zoals verwacht naar het Noorden. Het is lekker weer en ik doe een tukje in de kuip. Als AddiXion in de singels hangt blijkt inderdaad de schroef verdwenen. Volgens de werf moet de schroef al eerder een klap gehad hebben waarna hij er later bij de sluis in achteruit is afgedraaid. Zij zien krassen op de antifouling van de saildrive.
Om 15.00 uur vaar ik de kom binnen en ga naast Arjen voor anker. Zijn schip ligt er strak bij, fenders weg, huik erop, lijnen opgeruimd. Een plaatje om te zien! Rond 16.00 uur vertrekt hij weer om nog wat mijlen op het IJsselmeer af te leggen. Het lijkt inmiddels de Bahama’s wel. Zonnig, warm, zwakke wind en een ondergaande zon. Een wijntje dan maar en nog een tukje. Als ik wakker wordt zijn de omstandigheden veranderd en is de wind in de overtrekkende buien aangewakkerd tot 6 bft. met vlagen naar 28 knopen. AddiXion ligt echter als een huis achter haar anker en het water blijft vlak.
Om 21.30 uur besluit ik voor anker te blijven liggen. Dat gaat prima zo en waarom zou ik in het donker met deze wind nog gaan knoeien in mijn eentje met ankerop en afmeren in de haven? Morgen weer een dag! Slapen nu!
Helaas pakt het anders uit, en blijk ik even later op de bodem van de kom vast te liggen.
Ik had 20 cm bodemvrijheid en vermoedelijk is er water afgewaaid of is AddiXion gaan gieren en daarbij op een bankje gelopen. Het schip blijft als een huis liggen, maar wel dwars op de wind en de golfjes en dat slaapt niet bijzonder comfortabel. De ankerlijn hangt slap als ik hem vier. Ik probeer nog los te komen maar staak mijn pogingen na een half uur. Ik slaap niet veel die nacht, en lig gekleed in mijn slaapzak in de voorpunt om minder last te hebben van het geklots.
Zaterdag
Geradbraakt sta ik om 06.00 uur op en tref voorbereidingen om los te komen. Het waait hard, de marge is hier niet groot en het moet in een keer goed! Ik maak een fender aan het eind van de ankerlijn voor het geval dat ik mijn anker achter moet laten omdat ik er niet meer bij kan komen. Ik hijs met enige moeite dwars op de wind het grootzeil en trek het dicht. Toevallig waait het nu maar een knoop of 12 en ik trek het hele grootzeil op. De boot krengt, loeft op en ik ben los. Heel voorzichtig haal ik de ankerlijn in en krijg op de hand het anker niet los. Lijn vast, gas vooruit en hopen dat ik niet vast loop. Met moeite krijg ik het anker omhoog. Je hoeft niet bang te zijn dat je anker gaat krabben in Makkum! Er hangt een klomp zware klei aan van zeker 15 kilo. Wat een bende maakt dat op het voordek. Voorzichtig manoeuvreer ik naar de geul waar ik de stuurautomaat er op zet en de troep opruim. Al met al is het toch later dan ik gepland had. Ik moet opschieten en trek in de geul het eerste rif erin. Terwijl ik bezig ben stuurt de stuurautomaat stiekem de geul uit en lig ik weer vast. #&$&Q*^%*#$(#*& Duizend bommen en granaten!!! Zeil omlaag, achteruit en los, maar wel slecht voor het zelfvertrouwen en het tijdschema. Gelukkig heeft niemand me gezien.
Om 08.00 uur passeer ik de VF8 en zet koers naar Medemblik. Halve wind en tussen de 20 en 25 knopen wind red ik het net met het 1e rif en de high aspect. Het gaat bloedjesnel tussen 7.5 en 8.5 knopen. De stuurautomaat trekt het niet met dit weer en wordt alleen gebruikt als het even niet anders kan. Van overige deelnemers ontbreekt elk spoor, volgens mij ben ik de laatste der Mohicanen. Ik weet inmiddels van Peter dat hij onderweg is en vanavond hoopt te finishen. Joop heeft opgegeven wegens technische problemen en Jan is gestopt omdat hij ziek geworden is.
Om 10.00 uur rond ik de WP6, 15 mijl in nog geen twee uur. De volgende 12.5 mijl naar Hindeloopen leg ik af in anderhalf uur. De wind neemt zeker niet af. Na de H2-W1 volgt een kruisrak naar Sport B. Het zal mij benieuwen of ik zeil moet minderen of niet.
Met zeilen als plankjes en hoog aan de wind blijkt AddiXion prima te lopen, af en toe zelfs boven de 6 knopen. Maar na drie klappen op de korte steile golfslag kun je weer opnieuw beginnen. Ik voel een ruk aan de spischoot naast me. Shit, de spizak staat nog in het gangboord, nee he!! Ja hoor, ik ben net te laat maar kan nog wel voorkomen dat de spi onder de kiel verdwijnt. Bijliggen en sjorren maar. Bezweet prop ik de drijfnatte Eucalypta in het toilet en doe de deur dicht. Al met al zorgt het voor een lelijke vertraging en ik kom steeds verder achter op schema.
Tegen de tijd dat ik om 13.30 uur bij Sport B aankom zit de spi weer in de zak en ben ik klaar voor het voordewindse rak naar de LC6, 11 mijl verder. Het is buiig en onder elke wolk zit wind tot soms 30 knopen dus de spi blijft in de zak. Aan die stuurautomaat heb ik helemaal niks op deze koers. Ik haal zelfs het rif er niet uit omdat AddiXion met de golfslag mee soms wel 10.5 knopen haalt. Ook begint het gebrek aan nachtrust zijn tol te eisen, ik voel dat ik niet zo scherp ben als normaal. Dat blijkt als ik nietsvermoedend de LC5 rond en koers zet naar Den Oever voor het laatste kruisrak.
Accu-alarm!! Ik start de motor om stroom te draaien. Sinds juni heb ik nieuwe accu’s die me echter steeds in de steek laten. Een 25 watt lampje trekt in 4 uur twee accu’s leeg van 70 ah elk. Kan helemaal niet. Alles doorgemeten, geen lekstroom, accu’s laten controleren, niets gevonden. Gek wordt ik ervan! Tijdens de 24uurs race en de Challenge Cup moest ik ook de hele nacht stroom draaien.
Al paaltjes pikkend worstel ik voort naar Den Oever, het hele IJsselmeer weer over. De LC 5 zie ik nog achter mij. LC5, LC5???? Oh shit, verkeerde ton gerond.
Pieeeeeeeeeep! Motor slaat af? Wat nu weer!! Stuurautomaat erop, bijliggen maar weer.
Even checken: koelwater OK, net een nieuwe waterpomp en impeller, luchtfilter ok, dan moet het de diesel zijn. De filters verstopt? Snel ruim ik de achterhut leeg in verband met de dieselstank. De telefoon gaat en ik krijg Anita aan de lijn. Ik loop leeg en zeg dat ik er mee kap en dat ik zo terug bel omdat ik aan de wind met 23 knopen ondersteboven met een zaklantaarn en een leesbril op in een luik hang om het hoofdfilter te controleren. En Ja hoor, daar zit wat drab in. Zeker vuil in de tank dat losgeraakt is van dat gebonk op de golfjes. Een half uur later heb ik de motor weer aan de praat en lig ik weer bij de LC7. Stoppen of doorgaan?? Ik heb al spijt van mijn opmerking tegen Anita en leg de boot weer op koers naar Den Oever. Even scheepsberaad: het is bijna half 5, Den Oever is nog zeker 2.5 tot 3 uur varen en daarna nog 21 mijl naar Urk?? O ja, LC 6 moet ik nog ronden! Dat doet de deur dicht, nou ben ik er echt klaar mee!
Met gemengde gevoelens zet ik koers naar Enkhuizen, leg om 18.00 uur aan, bel naar huis en naar de organisatie, stap onder een lauwe douche en val vroeg in een diepe slaap. Morgen weer een dag en volgend jaar weer een 200 mijls solo om me te revancheren.
Ik wil Arjen nogmaals bedanken voor zijn hulp bij Makkum en de organisatie complimenteren met een geslaagde editie van de 200 Myls ‘SOLO’. Tot volgend jaar!
Harry Peterse
Schipper AddiXion
Voor de 9e keer ging ik van start. Elk jaar weer hetzelfde. Drie dagen van tevoren heb ik weer vlinders in mijn buik. Dit komt mede door de weerkaarten en de te volgen banen, waar ik mij dan druk om maak, want ik wil die 200 myls uitvaren.Ik denk dat er 70 boten definitief zijn gestart terwijl er 100 waren ingeschreven. Dat is jammer omdat ik weet dat er velen anderen zouden willen deelnemen! Dinsdag vanuit de thuishaven richting Durgerdam, waar het palaver om 20.00 uur begon met het uitreiken van de logboeken en het duidelijk maken van de belangrijke regels. Dit jaar geen cap of hoed, maar een sweater met het logo van de 200 Myls erop. Prachtig!Woensdag 22 september
Woensdag om 07:00:53 gestart bij de P9 en er stond een windje van 9 tot 10 knopen dus een windje waarbij de Sundance Kid best lekker snel loopt bij zo n 60° windhoek. Ook kwam al snel het zonnetje erbij, het beloofde dus een prachtige dag te worden. En voor mij werd het dat ook want er stond precies genoeg wind om de grotere boten behoorlijk bij te houden. Bij het Paard van Marken de spi erop en met een gemiddelde van 4.8 knots richting Volendam en Sport E. De spi moest er hier af en aandewind richting de OVD3. 4 myl voor de OVD3 voer ik een gebied binnen waar weinig wind stond, ja boven in de mast werd er op een hoogte van 11 meter nog wind gemeten van zo’n 10 kn, maar geen druk in de zeilen ik lag dus geparkeerd. Na het zoeken naar wind en de nodige slagen met een snelheid van 1.8 knoop ben ik gelukkig in een windbaan gekomen die mij met een snelheid van 3 knopen naar de laatste boei van het eerste rak blies, de OVD3. Ik klokte af om 15.21 uur. Later bleek dat die boten die wat later zijn gestart een stuk minder wind hebben gehad! Dat scheelde wel wat knopen. Bij deze boei moet je de beslissing nemen of je baan 1 kiest, ga je door de sluis dan kan je kiezen tussen de banen 2, 3 en 4, baan 1 is terug naar de P9.Wel ik ben door de sluis van Lelystad gegaan en in die tussentijd voor baan 4 gekozen. Er werd een paar dagen zuidelijke wind voorspeld en bij baan 4 zaten veel halvewindse rakken in de route, dat was mijn motivatie om baan 4 te nemen. Achteraf was dit voor mij de juiste beslissing ik wilde graag route 2 doen omdat er weinig wind werd voorspeld de eerste dagen en je dan gebruik kan maken van de stroming. Je hebt dan ongeveer 50 myl stroom mee zo n 1.5 tot 2 knopen. Route 2 gaat naar Den Oever, dan het wad op om Texel en Vlieland heen richting Kornwerderzand. Ik moest in Den Oever zijn op donderdagmorgen om 02.00 uur. Ik zag al gauw in dat dat er niet in zat. Bij de EZ 13 aangekomen om 16.58 uur weer gestart richting Ketelbrug, dit was een lopend wind met de spi er op zo n 100° inkomende wind. De Nimby van Ed Bijnsdorp startte iets eerder een Hanse 342 en ik kon hem goed bijhouden wat mij toch weer een stukje plezier gaf, want de Hanse moet een stuk sneller zijn. Helaas viel de wind weer weg en werd ik weer geparkeerd bij de Ketelbrug en ben als een slak bij Urk aangekomen vlak achter de Nimby. Ook daar weer wind boven in de mast!! Om 19.57 uur bij de boei Urk 14 aangekomen en ben naar binnen gegaan. Verder zeilen had geen zin en ik wist dat in de nacht de wind uit dezelfde hoek zou toenemen daar wilde ik gebruik van maken.Donderdag 23 september
Ik had de wekker gezet om zeer vroeg op te staan 02.00 uur en inderdaad stond er meer wind en ging ik bij Urk 14 om 04.33 weer van start, gelijk met de spi erop richting Lemmer. Daar moet ik 2 boeien ronden voor ik mijn koers kon verleggen naar de LC11 bij Stavoren. Bij de eerste boei (de RHB) had ik met mijn slaapdronken kop de RHB vergeten in mijn plotter te zetten. Toen ik in het gebied kwam waar die boei moest liggen zag ik dat ik behoorlijk uit de koers was en vraag mij niet wat er allemaal gebeurde maar met de spi een gijp gemaakt naar de RHB, die ik gelukkig zag liggen. Ik vergat dat ik niet de enigste was op het water, want er kwam namelijk vanuit het niets een dikke deur aan zetten op vol vermogen! Gelukkig is het allemaal goed gekomen, maar het had ook anders kunnen lopen. Je moet namelijk bij de boeien die in je route staan, verplicht binnen 15 mtr. passeren, op de knop van de tracker drukken en ook nog eens je tijd en log in vullen Pfffff! het zweet stond, na de kapriolen die ik heb uitgehaald om het tot een goed einde te brengen bij die boei, in mijn broek!, en het angstzweet op mijn kop. Ik hoop dat de schipper M/V van die dikke deur geen grijze haren heeft opgelopen! Na ongeveer 2 myltjes de spi eraf en de NM-1 gerond richting de LC11. Het was trouwens volle maan en ik heb naar de maan gehuild maar kreeg helaas niets terug of was het de mooie nacht. Ook vond ik het die nacht niet koud!Op koers naar de LC11 kwam de wind met 70° in en met de genua erop met 12 tot 13 knopen wind gaat de Sundance kid (wij zijn beide samen bijna honderd jaar) er vandoor. Misschien wisten jullie het nog niet maar als je zijn zeiloren ook nog eens erbij streelt is hij helemaal niet meer te houden en gaat ie er echt van door! Ik heb, bij het dag worden en de zon- opkomst zitten genieten van mijn bejaarde zeilscheepje! Ook Wilma (stuurautomaat) deed weer haar uiterste best om koersvast te zijn, wij liepen konstant de rompsnelheid die ongeveer bij de 5.8 knopen ligt!Bij de LC11 de spi er weer op richting Hindelopen en Makkum soms met 6.5 knopen snelheid. Bij Makkum de spi er weer af en bijna aan de wind naar de Sport-B en Sport-A. Nu moet er gekruist worden en dat betekent voor mij dat dat bijna de dubbele afstand wordt richting Medenblik, maar tot mijn stomme verbazing (ik voer eerst nog een stuk langs de afsluitdijk richting het zuidwesten) draaide de wind 30 tot 40° en kon ik de WP6 zo aanlopen, zou het te maken hebben met het huilen van nacht naar de maan?Ik was in ieder geval in mijn nopjes en bijna bij de WP6 aangekomen zag ik al dat het erom ging spannen of wij weer werden geparkeerd! Wij hadden nog een klein beetje wind en heel langzaam met het log van de boot op 0 en de gps op 1 knoop zijn wij naar de WP 6 gedreven. Om 16.09 passeerden wij de boei en werd de brommer gestart richting de haven van Medenblik. Ik wilde graag douchen, dus ankeren stelde ik nog even uit. In de haven heb ik ook prik en kon dus wat weer informatie ophalen die voor de volgende dagen belangrijk zouden zijn.Een leuke bijkomstigheid was dat ik in de marina Jacques tegen kwam die ik al 1.5 jaar niet had gezien. Jacques was mijn zeilmaat bij de Driehoek Noordzee 2007, waarbij wij onze mast verloren (ziehttp://www.kustzeilers.nl/Driehoek/Driehoek.html en kies 2007 verslagen), wij hebben even bij gebabbeld en ben vroeg naar de Sundance Kid gegaan. Ik kon het niet laten en alvorens naar bed te gaan heb ik nog een goed gesprek gehad met Ketel-1 die beloofde mij dat het morgen voor ons weer goed zal waaien en uit de goede richting, ik was benieuwd.Vrijdag 24 september
De wekker was nog niet af gegaan, maar ik werd wakker door getik van een lijntje tegen de mast! Even op de klok kijken en pfffff. 00.30 uur, nog geen zin maar ik had mijn windmeter (draadloos van tactick) naast mijn hoofd liggen zodat ik als ik wakker werd kon kijken of de wind inderdaad was gedraaid naar het zuid- zuidwesten. En dat was ie! 12 tot 13 knopen en gezien de weerkaarten op mijn laptop was dit zeer belangrijk en voor ik het mij realiseerde knalde ik met mijn kop tegen het plafond van mijn slaapplekkie omdat er haast was geboden!
Om 01.08 uur was de Sundance Kid los en op weg naar de WP6 en om 01.52 gestart richting de Ketelbrug waar de HK weer moest worden gerond. Bijna 15 myl. Een prachtig rak met weer de wind 70° inkomend. Bijna het hele rak over de 5 knopen gelopen, ik had dit gisteren toch echt niet kunnen bedenken HiHiHiAangekomen bij de HK 06.04 uur maakte ik de boot klaar voor een kruisrak naar de Sport–D maar wederom draaide de wind op het moment van aankomst bij de HK terug naar zuid zuid-oost en kon ik met bijna dezelfde snelheid mijn weg vervolgen richting Sport-D 07.22 uur daar aangekomen de spi er weer op richting Lemmer maar nu naar de SB-C. De weersverwachting was dat de wind in de loop van de dag langzaam zou gaan draaien naar west en dan naar noordwest toenemend tot windkracht 5 bft en later op de avond zou er een trog over komen met veel wind minsten 7 bft werd er verteld!!
Dus voor mij was van belang niet te hoeven kruisen want daar verlies ik meestal erg veel tijd mee. Bij de SB-C aangekomen 09.45 uur moesten wij al scherp aan de wind naar de KRA (dat is een boei die boven het kreupeleiland bij Medemblik ligt).De wind was dus al aan het draaien en zat al in de westelijke hoek. Oeps… opschieten geblazen en Wilma even uitgeschakeld om zelf aan de helmstok alle shifts omhoog te pakken zodat het rak nog steeds was bezeild! Een halve myl voor de KRA kwam de boei in de wind te liggen en heb ik 2 kleine slagen moeten maken om rond de boei te komen. Prachtig!! Om 12.17 uur waren wij daar en gingen wij weer met een bezeild rak naar de Sport –A, daar aangekomen om 14.30 uur begon de wind een paar knoopjes toe te nemen en draaide naar de noordwesthoek wat een geluk hihihi… De spi er weer op en als de weerlicht richting Urk, de EZ-1 moest daar gerond worden en de afstand was ongeveer 23 myl!!! Voor Stavoren zat de snelheid er nog goed in maar afzakkend naar het zuiden nam de wind steeds verder af en hadden nog maar 8 knoopjes over. Ik ben toen gaan afkruisen,wat prima ging. Ik moet wel zeggen dat ik mij wel altijd vast maakte aan mijn lijflijn op dat voordek met die spiboom, zodat ik niet overboord zou kieperen, want dan is je lot gauw bezegeld met een watertemperatuur van 14° tot 15°.De hele dag zat dat liedje van Herman van Veen in mij kop van opzij opzij opzij wij hebben grote haast wij hebben maar een paar minuten tijd!!! Rennen vliegen enz. dit kwam door de waarschuwing van die trog en toen ik in de buurt kwam van de EZ-1 begon achter mij de lucht inktzwart te worden en was ik blij dat ik om 19.34 uur bij de EZ-1 was en nog een boei moest ronden. Wel moest de spi eraf en daar was ik zeer in mijn nopjes mee want je zou maar een dikke windvlaag uit zo’n bui krijgen en je bent allen nou.. berg je dan maar! Maar gelukkig liep dat gesmeerd en alles van dek afgehaald en de boot stormvast gemaakt. Aan gekomen bij de EZ –9 was dit de laatste boei voor de sluis en die werd gerond om 20.11 uur.Ik heb nog een stukje doorgezeild maar gezien de vreemde kleur van de lucht en ik al eens meer overkomende troggen had meegemaakt, was ik ontzettend blij dat ik de zeilen naar beneden kon doen en de brommer mocht starten! Ik wilde door de sluis en dan verder om mijn ankertijd te gaan inlossen maar dat liep toch effe anders.
Vlak bij de sluis aan gekomen (net voorbij de Flevomarina) brak de hel los, er kwam zoveel energie los dat provincie Flevoland waarschijnlijk een jaar gratis van stroom was voorzien. Niks 7 bft maar 8bft. tenminste dat zag ik af en toe (35 knopen) als er weer zo’n vlaag kwam. Ik had de boot op het dek goed opgeruimd, maar binnen was het een puinhoop!! Om de woorden van Paul van Vliet te gebruiken: de rondo’s gevulde koeken en kanoos vlogen door de boot heen pfffffff
Ik durfde niet de sluis in te varen en ben rondjes aan het varen gegaan, de wind blies de Sundance kid met 5 knopen van de wind af en tegen de wind kon de brommer het mondjesmaat redden met 2.5 knoop tegen de wind in. God, wat een hekseketel, ik zag geen hand voor ogen na een halfuurtje denk ik was er even 25 knopen wind en ben ik de Houtribhaven ingedoken waar Ronald van de Moshulu mij hielp de Sundance Kid zonder schade af te meren aan zijn boot. Dat was om 21.56 uur.
Ronald, ik ben je er dankbaar voor!! Daarna heb ik een potje gekookt en ben vroeg gaan slapen. Ik was bijna 22 uur aan het varen geweest en zat er behoorlijk doorheen ook door de adrenaline die bij de storm was los gekomen!Zaterdag 25 september
Zaterdagmorgen om 06.30 uur door de sluis en er stond nog een stijve bries van 22 knopen die af en toe naar de 25 knopen gingen. Als het anker het maar houdt, dacht ik nog en aangekomen bij de ankerplaats hup het anker er in en de tracker ingedrukt om 07.19 uur mooi! Nu 6 uurtjes wachten, misschien nog een tukje doen mooi!!!! Niet!! ik wilde mijn eitje uit de pan halen toen mijn ankeralarm af ging en toen ik mijn smoel naar buiten stak zag ik dat we op drift waren %&^^*(()**()*)_()_)+_)_&%$%#$#@ Brommer weer gestart en het anker ophalen, terug varen en ja hoor gelijk een plensbui op mijn kop, dus ik werd zeiknat! Het anker er weer ingegooid maar dat ging helemaal mis en ik voer over de ankerlijn heen. Nou dacht ik dan, wacht ik tot de boot zich vanzelf weer met de kop in de wind zou gooien.
Niks daarvan, ik had het anker met een lus om de bolder heen gelegd, maar doordat de boot over de lijn was gevaren, was de lijn over de bolder getild en losgeraakt en je snapt het al !#%^^*(&(&&*(%^$&#@## Ik kon geen ankerlijn meer ontdekken en de boot ging vrolijk richting de dijk! Pfffff. snel het andere anker gepakt, maar dat moest eerst wel in elkaar gezet worden. Eindelijk weer vast en dit anker hield het beter in deze blubberzooi.Nog even naar de organisatie gebeld om te vragen hoe dat zit met een krabbend anker en Joost te Velde kon daar ook geen antwoord opgeven, dus ik heb mijn eerste tijd van mijn ankerperiode aangehouden. Inmiddels waren de eieren koud en bleef het buiten stevig waaien waarbij de 25 knopen bij een bui gelijk werden gehaald!Op naar het laatste rak!Om 13.20 het anker op en op naar de OVD-3, daar waren wij om 13.53 uur en nu moest er gekruist worden naar de Sport–E. Deze lag op dat moment recht in de wind en ik zag er erg tegen op omdat mijn bootje met zijn ondiepe kiel (130 cm) en aan lagerwal flink door de hoge golven wordt weg gezet. Maar ik wilde deze avond beslist finishen om dat in de avond de wind het weer zou laten afweten. Wel 12 myl, komaan de laatste loodjes wegen het zwaarst zeggen ze wel eens. Ik kreeg na de start de boot niet aan het lopen en ik piekerde mij suf waardoor dat kwam. Ik had een rif gezet in het grootzeil en de reefbaarrolgenua een stuk in gerold na ongeveer 7 a 8 minuten aanklooien viel het kwartje! De traveller naar buiten en hup dat scheelde! Ook had ik teveel voorzeil, toen dat allemaal was verholpen ging de boot lopen!!Wel ik heb de volgende tactiek bedacht! Waren er geen buien dan zakte de wind in tot zo’n 10 a 12 knopen, dan moest het voorzeil weer uitgerold worden. Ik ging dan over bakboord richting het zuiden. Kwam er een bui en daar zat iedere keer veel wind in (25 knots), ging ik overstag naar stuurboord en rolde tijdens het overstag gaan het voorzeil een stuk in. Dat liep als de brandweer en ik nam gelijk de grote windshifts mee, zo’n 20 tot 30°. Het was wel keihard werken maar wil je snel varen is dit voor mij de enigste optie!Om 17.32 ronde wij de Sport-E en gingen met halve wind richting Volendam. Soms liep de boot 8.5 knopen en met 6.5 knoop vlogen wij langs de GZ om 18.32 uur richting de Pampus 9 ,de finish boei.
Natuurlijk zakte de wind na het Paard van Marken weer in, maar dat mocht de pret niet drukken en bijna aan de wind (en de boei in mijn enthousiasme nog bijna overvarend) finishte wij om 20.33 uur. Yes,Yes! Het is weer gelukt om de 200 Myls uit te varen.Fred.
Dit jaar werd voor de vijftiende keer de wedstrijd gevaren. Om organisatorische redenen was nu Durgerdam als vertrek en finish haven aangewezen. Voor mij dus eigenlijk een thuiswedstrijd.
Ik wil in dit verslag het niet zo zeer hebben over de wel of niet geweldige snelheden en tijden, maar meer over de ervaringen tijdens de race. Tijdens de briefing werd als eerste een prima en warme fleecetrui uitgereikt, tezamen met een logboek en de GPS tracker. Dit geheimzinnige apparaatje stuurt regelmatig je positie door naar de organisatie. Later bleek de fleecetrui een zeer noodzakelijk uitrustingstuk te zijn.
De baan die ik heb gekozen:
Start bij de P9 nabij de IJtoren. Daarna de volgende route: via Volendam, de Nek en Lelystad terug naar Durgerdam – via Noordzeekanaal naar IJmuiden. Van daaruit naar Den Helder en door naar Kornwerderzand. Vervolgens via Medemblik, Hindeloopen en Breezanddijk naar Stavoren.
Alsof dat niet genoeg is, nog een bezoek aan Den Oever voordat de neus gericht wordt op Lelystad. Dan via de Nek en Volendam terug naar de P9. Het noemen van alle boeien verwart alleen maar.
De start was op 22 september, tussen 7 en tien uur, voor mij even na 8 uur. De wind was zwak en in de zuidhoek. Vóór mij allemaal spinakers. Ik moest dat dus ook maar doen. Bij het hijsen bleek direct dat ik een schoothoek en tophoek verwisseld had… Onder het toeziend oog van een deel van het veld dit detail verholpen. Daarna was het heerlijk spinakeren naar Hoorn. Op tijd de spi eraf. Het lukte mij niet deze geheel droog aan dek te krijgen. Vanaf de Nek hoog aan de wind richting Lelystad. Na een uurtje verzeilde ik in de lokale doldrums. Over de afstand van misschien 12 NM deed ik bijna 8 uur!! Rampzalig!. Een extreme oefening in geduld. Daarna met een minimaal briesje, het was inmiddels donker, naar Durgerdam. Nog vóór twaalf uur ’s nachts voor anker en slapen maar. De verplichte ankertijd van minimaal 6 uur had ik dan al vast ingevuld. Na een bezoek aan de douche bij de vereniging fris de volgende morgen op weg naar IJmuiden. Bij de Schellingwouder brug kreeg ik gezelschap van de Viento, een 31 voet Elan met een nogal lang aangebouwd eendenplatform. Hij bleef voor het grootste gedeelte van de wedstrijd in mijn buurt.
Donderdag 23 september
Rond 14.30 uur was ik op zee om met het tij richting Den Helder te varen. Een zwak zuidelijk windje en een nogal vervelende deining maakte dat het niet verstandig leek de spi te zetten. Een echte slingerkoers. Ook zakte de wind enige tijd volledig in. Klapperende zeilen is ook niet alles!
Pas tegen 21.00 uur was ik bij de haven van Den Helder. Het tij liep al bijna op zijn einde. De vooruitzichten om de 200 mijls uit te zeilen waren wel heel slecht geworden. De finish was uiterlijk op 26 september 12.00 uur. Ik vroeg mij af hoe het op het IJsselmeer zou zijn met de wind.
Vrijdag 24 september
Het was nog donker toen ik weer verder ging. De spi mocht weer werken. Met zwakke wind en met tij mee naar Kornwerderzand. Mooi en vlak water. Uitgerust kon ik beginnen aan de rakken op het IJsselmeer. Met een lopende wind naar Medemblik en naar Hindeloopen. Daarna met zwakkere wind opkruisen naar Breezanddijk. Rond kwart voor acht ’s avonds begonnen aan het laatste rak voor die dag. Het begon zo mooi: spi erop en varen maar! Alleen die wolkenpartijen in het NW bevielen mij niet echt. In korte tijd trok de wind aan. Als de bliksem de spi eraf. Helaas trok de spinakerval de sluiting van de grootzeilschoot los. De spi trok ik achter het grootzeil naar binnen toe. De giek schoot naar voren tegen het want. Snel halve wind gestuurd en het grootzeil gestreken. Daarna, het woei inmiddels 28 knoop weer richting Staveren gestuurd. Met een hulplijn de giek weer midscheeps getrokken en de schoot weer bevestigd. De wind was verder aangetrokken tot ruim boven de 30 knoop. De golven bouwden op en alleen op de kale mast liep het schip 5 knoop. Ik liet het maar zo. Eerst moest ik nog de LC6 passeren. Daarna op motor , zeilen was niet mogelijk ( stik in de wind en zware zeegang) naar Staveren Ik had twee uur nodig voor die 3,4 NM. Binnen werd ik geholpen met afmeren door de Viento die net voor mij binnen was gekomen.
Zaterdag 25 september
Het weerbericht liet weten dat het in de loop van zaterdag uit het NO zou gaan waaien. Mooi niet. Pas rond 1300 uur verder gaan varen. De wind was iets minder geworden , maar zeker geen NO. Eerst opkruisen naar Den Oever. Met twee reven en een half ingerolde fok op weg. In het begin met zware zeegang, later werd het wat beter. Rond 16.00 uur kon ik eindelijk de neus richting Lelystad wenden. Uitgeboomd en begeleid door indrukwekkende wolkenpartijen stoof ik er vandoor.
Even na 22.00 uur was ik bij de OVD3 en kon ik beginnen aan de laatste mijlen. Helaas, de wind zakte weer in en werd zowaar cyclonic, een ander woord voor uit alle hoeken, behalve de goede. Het werd opkruisen naar de Nek.
Zondag 26 september
Een ijskoude regenbui met stevige wind draaiingen maakte het wel erg oncomfortabel. De kachel aan en binnen zitten. De automaat moet het maar uitzoeken. Na de Nek zou ik met halve wind naar de MNGZ kunnen varen, dacht ik. Dat werd dus aan de wind (ZW). Na de MNGZ op weg naar het Paard draaide de wind gewoon met mij mee, dus weer aan de wind.
Op weg naar de P9 met ZZO wind. Even na 5 uur in de ochtend kon ik de P9 afklokken.
De race zat erop. Doodmoe maar toch wel tevreden schoof ik een half uur later mijn box in en kon ik gaan slapen. Heel lang slapen, ongeveer 4 uur. Na het voeden van de inwendige mens en het reinigen en toonbaar maken van de uitwendige mens was ik in staat het logboek en de tracker in te leveren op het schip van de organisatie. De uitslag? Er zouden 33 schepen hebben opgegeven. Die heb ik in ieder geval achter mij gelaten.
Jaap Homan
Pogo 850 Muckle Flugga
Woensdag 22 september
s Ochtends vroeg na een prachtige avond met veel gezelligheid in de haven van Durgerdam is het eindelijk zover. We varen een voor een als bij admiraal zeilen de haven van uit richting de finish.
Nog voor de start een tegenslag. Motor draait alleen nog stationair en op het laagste toerental voor- en achteruit. Gisteren olie in staartstuk saildrive bijgevuld. Overvuld. Geprobeerd om de olie er weer uit te zuigen. Kennelijk was dit niet genoeg. Om 7.15 u direct naast de startlijn voor anker om nog verder olie uit de saildrive te zuigen. Slangetje smaakt steeds viezer, net geen olie in de mond gekregen. Daarna nog steeds onmogelijk om gas te geven. Toch anker op en klaar maken voor de race. Het is tenslotte een zeilwedstrijd. Boeg spriet uit, genaker aangeslagen. Onder vol tuig rond acht uur gestart. In de consternatie start tijd vergeten te noteren. De GPS tracker lost dit wel op, neem ik aan. Na 30 min varen alles op orde.
Tijd voor mijn tune van de race: Maggot Brain van Funcadelic. Ik passeer het paard van Marken samen met gele tweemaster van Adriaan van Berkel en Pim Schulp op X312. Prachtig schouwspel, dertig spinakers (helaas) voor de boeg. Afgelopen uur steeds een laag kleding afgepeld. Zit nu in t-shirt. Met vier boten rond de gijpboei MN1GZ2 om 10.00 u. Het lukt me nog net om binnenpositie te krijgen. Scheelt hondereden meters bij het ingaan van het nieuwe rak.
Wind na enige tijd tot niet meetbaar gedaald. SOG < 1 knoop. Dan bakboord stuurboord situatie met Henjo van Cras Factus Est bij een bootsnelheid van een slak. Ons geduld word op de proef gesteld het is nu 13.30 u en we gaan hooguit 1 knoop. Om 15.20 u komt er eindelijk een beetje wind.
Wat gelezen en aan een artikel gewerkt dat ik aan het schrijven ben over voeding. Wat kun je anders doen onder deze omstandig heden? Daarna nog een blogpost van Tim Ferriss gelezen, 1 van mijn favoriete bloggers.
Het motorprobleem is nu duidelijk. De gaskabel is gebroken. Ik maak telefonisch een afspraak met een monteur in de Houtribhaven morgen ochtend om 9.00 u. Dat betekent groot tijd verlies. Met Henjo en Pim door de sluis. Met Pim samen afgemeerd in de passantenbak van de Houttrip. Dat zou een lange avond nagels bijten kunnen worden, ware het niet dat het heerlijk weer is. Dus een biertje, olijven en een sigaar. Vakantiegevoel!
Donderdag 23 september
Na een lange goede nacht de boot alvast klaar gemaakt. En de motorruimte vrij gelegd voor de monteur. Nieuwe gaskabel in een uur gemonteerd.
Ik moet nu een nieuwe strategie kiezen. De waddenbaan die ik van plan was, is niet meer haalbaar. Ook is er onweer verwacht. Ik kies nu voor baan 4. Herstart bij EZ13. Goed begin. 6kn boot speed, die zakt even later wel weer in. Ik zie groene asymmetrische spi aan de horizon, dit lijkt op Henk Bulthuis. Hij gijpt later weg en neemt waarschijnlijk baan 3.
Op het rak van de Ketelbrug naar Urk de prachtige gele tweemaster weer gepasseerd. Verder niemand in de verste verte te bekennen. Na 3 rakken is de wind weer op.
Ik ga bij de UK14 ten anker samen met Batfish die uit tegengestelde richting komt.
Wachten op wind. 6 uur stil liggen is een hele prestatie. Ik begin door mijn leesvoer heen te raken. Medische vakliteratuur is geen inspiratie voor een weekje vakantie, wat deze race zou moeten zijn. Langzaam wordt de lucht grijzer. Om 17.00 u. is het einde blote bast. Volgens buienradar treken de echte buien ten westen langs. Het is nog steeds bladstil.
De tijden zijn wel veranderd, nu je met je telefoon op internet alles kan opzoeken tijdens een wedstrijd.
Muziek : John Coltraine; Chet Baker en Charlie parker.
Ik ga zo even Metallica opzetten om uit mijn middagdutje te komen. Dit noem je wedstrijd zeilen?
Klokke 19.20 u na 6 uur het anker gelicht en volgas richting de herstart. Halve wind richting RHB knijpen met de spi op. In de verte onweer, uit voorzorg de spi eraf. Net op tijd, 90 graden windshift. Daarna kom ik in een heftig onweer terecht. Bliksem voor, achter en aan bakboord en heel dichtbij. Een ontlading recht boven mijn hoofd tussen twee wolken. Het wordt helemaal licht en een hele harde knal. Herinnerring aan mijn eerste transat in 1988 komt boven. Ik zat toen ook midden in een onweer en kon geen kant op. Ik was toen heel angstig. Vandaag helemaal niet. Daarna harde wind en hevige regen. Boei RHB is niet te vinden, licht werkt niet. Na NM1 nog even het onweer afgewacht en daarna weer de spi gezet. Het is nu 23.00 u en het regent nog steeds keihard. Je wilde toch zo graag een weekje buiten spelen !?!?
Het klaart op. Volle maan achter de wolken geeft veel licht. Gijpen met spi lukt daarom zonder koplamp, zo helder is het. Dit is heerlijk zeilen! Tot H2W1 bij Hindelopen vreselijke knijp koers, groot zeil helemaal los. Daarna voor het lapje naar Makkum. Ik passeer mijn thuis haven. Laatste rak naar Breezandijk. Geankerd in de werkhaven om 3.05 u.
Vrijdag 24 september
Om 9.30 u wakker, goede nacht gemaakt. Ik lig naast de Magic Woman van Dik Geurts. Daarna anker op, hele vieze blubber, lang schoonspoelen van anker en ketting. 20 min water putsen is pas “ zeilen zonder rugpijn”. De ultieme test of je een sterke rug hebt. Herstart om 10.52 u. Ik zie nog 4 andere deelnemers de sport B ronden. Slechts 1 gaat de zelfde kant op richting sport A. De temperatuur is nu flink gedaald, buiig weer. Ik heb nog een grote klus voor de boeg, ongeveer 100 mijl tot Lelystad. ETA 3.00 u vannacht bij bezeilde koersen.
Na WP 6 verkeerde spi gekozen. Rak is plat voor het laken. Downwind met een genaker en weinig wind is een slechte combinatie. Spi wissel gaat snel, ik word steeds handiger. Op naar Urk. Wind is al naar het noordwesten gedraaid. Instrumenten hebben een dag stil gestaan. Log en diepte meter doen het weer. Kan weer reglementair het logboek invullen. Na een heel lang voordewinds rak kom ik bij de Ketelbrug. Voor me zie ik een blauwe Winner met een solo vlag. Schitterende avond strak blauwe lucht. 6 Beaufort is voorspeld. 2 smeerrepen ingeschoren . We gaan zo kruisen. Boei KH gerond. Perfecte spi-drop, gijp, boom weg en strak aan de wind.
18.40 u. Ik bereken dat er nog 90 mijl zijn te gaan tot de finish. Ik ben nu eindelijk over de helft. In mijn herinnering ging het vorig jaar veel sneller. Oh ja, ik heb 2 dagen bijna stil gelegen!
Langzaam dringt het tot me door dat ik de finish niet ga halen. De ETA tot Lelystad is 12 uur morgen ochtend, dus zonder kruisen en zonder rusten. Na de sluis is het nog 27 mijl. Stel dat ik non-stop door vaar dan wordt het rond 19.00 uur zaterdag avond. Daarna moet de boot nog terug naar Makkum, om maandag weer fris aan mijn spreekuur te beginnen. Wat is wijsheid. Opgeven zit niet in mijn karakter, maar realiteitszin is ook een van mijn goede eigenschappen.
Ik moet nog via sport D naar de SBC bij Lemmer en daarna naar de KRA tussen Medemblik en Stavoren. Ik ga om middernacht beslissen of ik doorga. Nog even de prachtige zonsondergang op me laten in werken. Ik trakteer mezelf op koffie en een feestsigaar, want het blijft mooi buitenspelen zo’n 200 mijls race. Dat moeten we even vieren !!
19.15 u Het wordt snel kouder. Laagje erbij en het gevechtspak aan. Dat wordt nog een lange nacht opkruisen naar de Afsluitdijk. Bij de boei passeert in tegengestelde richting een X43 Bixsmile onder spi. Die is er “bijna”. Hij moet nog 30 mijl tot de finish. Kleine bootjes ploeteren nog even door.
Rond 21.00 u word ik overvallen door een bui. Binnen 10 min van 10 naar 25 knopen wind. Met veel moeite 2 riffen gezet, maar we gaan nog steeds te hard en te scheef. Mijn windmeter geeft te weinig aan. De golven zijn ook uitzonderlijk hoog. Het lijkt wel of het ten noorden van hier nog veel harder waait. Ik beuk ongezond hard in de golven. Na een half uur besluit ik met pijn in het hart dat dit een goed moment is om de race te beëindigen. Helaas. 21.30 uur koers Enkhuizen. Met hoge snelheid zijn we in no-time daar aangekomen. Ik meer af naast Majic Potion die ook de handdoek in de ring had gegooid. Hij vertelde tot 32 knopen wind te hebben gemeten. Het gaat ‘s nachts nog veel harder waaien, dus mijn keus is juist geweest.
Zaterdag 24 september
Het is nog een lange dag opkruisen naar Makkum. Het is intussen veel kouder geworden, maar wel heel helder en zonnig weer. Om 15 u tussen de palen.
Nabeschouwing
Dit was mijn tweede 200 Myls ‘SOLO’. Het was weer een mooie belevenis. Zeer gevarieerd, met wind van 0 tot 25 plus knopen en zon, onweer, regen, warmte en kou. Ook weer genoten van 5 dagen alleen zijn in de natuur. Prachtige luchten en zonsondergangen beleefd. Als er wind was lekker fanatiek geprobeerd alles uit mijn bootje te halen. Een POGO 850 is een ideaal soloschip. Je verliest nooit de controle en kunt onder bijna alle omstandigheden de spi zetten (met dank aan mijn NKE gyropilot). Helaas de eindstreep niet gehaald en iets te veel tijd lezend doorgebracht, maar dat zal volgend jaar vast anders zijn. Mijn video’s en foto’s zal ik zo snel mogelijk op het web zetten.
Veel dank aan de organisatoren van dit bijzondere evenement en tot 2011.
Dit jaar zal voor de 15e maal de 200 Myls ‘SOLO’ worden gevaren. Dit lustrumjaar kunnen we niet zo maar voorbij laten gaan. Daarom heeft het bestuur van de Stichting 200 Myls ‘SOLO’, besloten eens wat terug te doen voor een organisatie die al 15 jaar belangeloos 24 uur per dag paraat staat om zeilers in nood te helpen. Te weten de KNRM. Dit jaar zal de Stichting 200 Myls ‘SOLO’ namens de deelnemers, 10 euro per boot over maken aan de KNRM. Voorwaarde is wel dat de deelnemer reglementair de finish moet halen.
U als deelnemer van de 200 Myls ‘SOLO’, vaart dit jaar niet alleen voor u zelf, maar ook voor het goede doel. Weet dat op het moment dat u dit jaar start, u de enige bent die bij kan dragen om aan dit hoger doel, nl de finisch halen en daardoor 10 euro sponsorgeld te verdienen voor de KNRM.
De KNRM rekent op u!
Door KPN gehinderd is de site helaas een tijd niet onderhouden. Onze excuses daarvoor, want jullie zullen wel gemist hebben dat we geen verslag konden doen van de voortgang van de inschrijving. Gelukkig liep de site van Mijnzeilwedstrijden goed, waardoor de groei van inschrijversaantal goed te volgen was. Bij deze de laatste stand van zaken:
Vorige week is de 100e inschrijving ontvangen en daarmee is de inschrijving voor de 15e 200 Myls ‘SOLO’ bij deze gesloten. Zoals te zien hebben we een prachtige samensteling van inschrijvers, bestaand uit oud-gedienden en nieuwe inschrijvers, kleine en grote en langzame en snelle boten. Precies wat de bedoeling is, dus dat belooft een leuke, gezellige en sportieve wedstrijd te worden.
Inschrijvers, vergeet vooral niet tijdig te betalen. Voor instructies daarover raadpleeg s.v.p. ‘Racespecifiek’.
Het bestuur heeft besloten extra prijzen toe te kennen aan de snelste zeilers op ongecorrigeerde gezeilde tijd in de volgende lengteklassen:
Tot 25 voet
Groter of gelijk aan 25 voet tot 30 voet
Groter of gelijk aan 30 voet tot 35 voet
Groter of gelijk aan 35 voet tot 40 voet
40 voet en groter
Het is bijna zover. Woensdag gaan we van start. Graag wil ik jullie nog een aantal zaken onder de aandacht brengen:
Tot dinsdagavond!
Vanmorgen om 06.15 vertrokken de eerste deelnemers naar de start bij de P9. Het was nog aardig donker maar gelukkig geen mist. Er stond een klein beetje wind uit zuidoostelijke richting. Om 7 uur hadden veel deelnemers de gezellige jachtehaven van zeilvereniging het Y al verlaten. Het beloofd een mooie zonnige dag te worden. Uit tactische overwegingen liggen er om halfnegen nog een paar boten te wachten.
Vandaag een onrustige telefoondag. Vragen over de trackers. Er was/is een probleem met de hoeveelheid data die verwerkt moet worden, waardoor track en tace op de site van de 200 myls solo niet goed uit de verf komt. Helas maar er wordt hard aan gewerkt om het euvel te verhelpen. Het automatisch kiezen van de baan in het systeem zal voor sommige deelnemers niet goed werken, dus alle banen aanklikken geeft de meeste kans dat de gewenste info te voorschijn komt. In baan 1 een vraag over de P12, helaas een fout in het logboek, moet P9 zijn. Maar zal geen konsekwenties hebben voor de uitslag.
Helaas ook meldingen van aanvaringen met en zonder schade, maar heirdoor nog geen opgevers. Wel helaas de Jetstream die in geode positie met matreiaalpech moet opgeven. De hoeveelheid foto’s die de deelnemers sturen is dusdanig dat plaatsen van alle plaatjes niet zal lukken. Maar ze geven wel een geweldige indruk van het mooie weer en de sfeer.
Na de nodige inspanningen lijkt het toch gelukt om het mooi uitgedachte systeem te laten functioneren. Inmiddels is gebeleken dat de Trackers tijdig aan de lader moeten om te blijven functineren. Uit de telefoontjes die we hebben ontvangen blijkt dat het thuisfront actief meeleeft. Sommige deelnemers hebben het idee dat Aeolus op vakantie is. Maar vanavond was er een waarschuwing van Centrale Meldpost IJsselmeer voor onweer met windsoten.
Zo beleeft de Espiritu het rak tussen Lemmer en Stavoren,, blak, blak,blak……..
De verwachting is dat vanavond de eerste boten zullen finishen. De Ten en Batfish lijken op dit moment de koplopers te zijn. Helaas heeft een oud gediende afgehaakt, de Scheerling van Albert Broshuis. De trackers schijnen het op dit moment allemaal weer te doen behalve op de Vuurflits en de Blauwe Kwast. De wind is voor sommige deelnemers nog steeds een beetje spelbreker, afhankelijk van de plaats op het water.
Gisteravond is er front met veel wind van uit het noorden over het wedstrijdveld getrokken. Het noopte sommige deelnemers de wedstrijd te staken. Tot nu toe hebben 22 deelnmerers opgegeven. De Ten had de pech bij Volendam aan de grond te lopen. Voorzover nu bekend alleen materiële schade. De Addixion had bij een aanvaring al een gat in de romp maar is inmiddels ook haar schroeef veloren, maar nog wel in de race. Inmiddels zijn er twee boten binnen, de Batfish gisteravond als eerste en vanmorgen voreg de JamSession als nummer 2. De Inspirit is onderweg om als 3e binnen te komen.
Overeenkomstig de afspraak die de KNRM en de Stichting 200 Myls ‘SOLO’ eerder dit jaar maakten, heeft de stichting deze week Euro 410,- gestort als donatie aan de KNRM. Ons streven is daarbij dat dit niet een tegemoetkoming is in de kosten van het redden van onze deelnemers, maar dat het een netto donatie is en dat onze deelnemers voorzichtig, goed voorbereid en zelfvoorziendend zeilen!
Het bestuur
De definitieve uitslagen zijn te zien onder uitslagen/uitslagen 2010!
Om deze prachtige prijzen een tijdje in je huis of op kantoor te hebben staan, zou je toch heel fanatiek kunnen worden!
Behalve dat we het leuk vinden de prijzen te laten zien, doen we het ook omdat het toch wel een heel bijzonder jaar is, namelijk het jaar dat we de 15e 200 Myls ‘SOLO’ zullen varen. Ruim vijftien jaar geleden nam Jan Luijendijk het initiatief deze uitdagende tocht te gaan varen, zie ook de Historiepagina.